Premier Mali treedt af na arrestatie
BAMAKO (ANP/AFP/RTR) – De premier van Mali, Cheick Modibo Diarra, heeft dinsdag ontslag genomen. Dat gebeurde enkele uren, nadat militairen hem in zijn huis hadden gearresteerd. Diarra maakte in een korte toespraak op het terrein van de nationale radio het aftreden van hemzelf en de regering bekend, maar noemde geen reden voor dat besluit.
De premier zag er terneergeslagen uit en sprak de hoop uit dat „het nieuwe team” dat zijn regering opvolgt, in zijn opdracht zal slagen.
Amadou Sanogo, de militair die het land leidde na de coup van 22 maart dit jaar, had volgens een bron in de entourage van de premier opdracht gegeven tot de arrestatie. Sanogo droeg de macht op 17 april over aan Diarra.
De vroegere woordvoerder van de junta die Sanogo leidde, sprak dinsdag tegen dat het om een nieuwe staatsgreep gaat. Hij zei dat de premier geen plichtsbesef had getoond. Hij heeft de twee taken die hij had: het noorden bevrijden van de radicale moslims en het organiseren van vrije en eerlijke verkiezingen, niet vervuld, zei de woordvoerder.
De astrofysicus Diarra (60) die heeft meegewerkt aan diverse projecten van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA, zou maandag naar Parijs gaan voor een medische controle. Hij annuleerde de reis, nadat hij had gehoord dat zijn bagage was weggehaald uit het vliegtuig dat hem naar de Franse hoofdstad zou brengen. De premier heeft er zich zeer voor ingezet dat een West-Afrikaanse vredesmacht naar het land zou komen om Mali tegen de radicale moslims in het noorden te beschermen.
De coup van Sanogo leidde tot een tweedeling in het West-Afrikaanse land, dat een tijd bekendstond als een van de stabielste democratieën in Afrika. Het noorden is in handen van radicale moslims die banden hebben met de terreurbeweging al-Qaeda. Zij hebben onder meer grote vernielingen aangericht in de eeuwenoude stad Timboektoe, die op de werelderfgoedlijst van Unesco staat.
Maandag werd bekend dat de EU militaire trainers naar Mali stuurt om het leger te trainen voor de strijd tegen de islamitische militanten in het noorden.
Mali
Hoofdstad: Bamako
Oppervlakte: Ruim 1,2 miljoen kilometer (ongeveer 30 keer zo groot als Nederland). Het grootste deel van het land bestaat uit woestijn.
Bevolking: 15 miljoen inwoners. Ruim 90 procent is moslim. De meeste mensen (80 procent) spreken de taal Bambara, de taal van de grootste stam. Frans is de officiële taal. In de woestijn van het noorden wonen nomaden, onder wie het Berbervolk van de Toearegs, die sinds de onafhankelijkheid in 1960 meerdere keren in opstand tegen de regering zijn gekomen. Malinezen worden gemiddeld niet ouder dan 53. Meer dan de helft van de bevolking kan niet lezen of schrijven.
Economie: Mali is straatarm. Goud en katoen vormen wel belangrijke inkomstenbronnen. Het land hoopt ook op toerisme, maar ontvoeringen door terroristen schrikken veel reizigers af. Mali gaat ook nog gebukt onder droogte die bijvoorbeeld vorig jaar 1,7 miljoen mensen met hongersnood bedreigde.
Politiek: Mali was vanaf de onafhankelijkheid in 1960 tot 1991 een dictatuur. Daarna werd het een van de meest democratische landen in Afrika. In maart werd de gekozen president Amadou Toumani Touré door militairen afgezet. Toearegrebellen en extremisten, zoals die van al-Qaeda in de Islamitische Maghreb, wisten het noorden van het land te veroveren. Nadat Touré was afgezet, kreeg het land een interim-regering onder leiding van Dioncounda Traoré. Premier Cheick Modibo Diarra nam dinsdag ontslag, enkele uren nadat militairen hem thuis hadden gearresteerd.