Binnenland

Van Aartsen deelt kritiek op integratieonderzoek

VVD–fractievoorzitter Van Aartsen deelt de kritiek op het integratieonderzoek waar een commissie uit de Tweede Kamer maandag mee is begonnen.

ANP
24 September 2003 16:55Gewijzigd op 14 November 2020 00:35

Net als zijn VVD–collega Hirsi Ali is Van Aartsen van mening dat de commissie het Hilda Verweij–Jonker Instituut niet had moeten betrekken bij het onderzoek, omdat dat de overheid jarenlang heeft geadviseerd. „Ze heeft een punt in haar kritiek op het inhuren van het instituut", aldus Van Aartsen.

Hirsi Ali vindt het integratieonderzoek niet objectief. „Ik ben niet gerust dat de uitkomst integer zal zijn", zei ze woensdagmorgen voor Radio 1. Net als SP–Kamerlid Lazrak hekelt ze de betrokkenheid van „de kliek beleidsonderzoekers" van het Hilda Verweij–Jonker Instituut bij het onderzoek. Lazrak stapte om die reden uit de commissie. Hirsi Ali, woordvoerster integratie van de VVD–fractie, maakt daar geen deel van uit.

Hirsi Ali richt haar pijlen met name op directeur Duyvendak van het instituut. „Hij heeft altijd uitgesproken ideeën gehad en adviezen gegeven over integratie", weet Hirsi Ali. „Zegt dat het beleid niet heeft gefaald, maar dat is juist wél zo." Duyvendak had volgens de VVD–politica deelname aan het onderzoek „moeten weigeren om te voorkomen dat zijn integriteit ter discussie komt te staan".

Hirsi Ali gaf in het interview voor Radio 1 toe dat ze voor haar beurt heeft gesproken omdat ze als Kamerlid ook moet oordelen over het eindresultaat van de commissie. „Ik hoor me hier nu eigenlijk niet over uit te spreken."

Commissie–voorzitter Blok en voorzitter Weisglas van de Tweede Kamer, partijgenoten van Hirsi Ali, onderschrijven dat. „Ze schendt de spelregels van de Tweede Kamer. Hirsi Ali spreekt voor haar beurt. Op dit moment reageert ze op geruchten. Een gefundeerd oordeel is pas mogelijk als het onderzoek klaar is", aldus Blok. Ook Weisglas laat in een schriftelijke verklaring weten dat ze had moeten wachten tot na de presentatie van het eindrapport.

Van Aartsen ging niet in op deze kritiek van zijn partijgenoten, maar doet de ontstane ophef af als „Haags theater". Hirsi Ali trekt volgens de VVD–fractieleider nog geen enkele conclusie over het onderzoek en zal daar netjes mee wachten totdat het klaar is. Van Aartsen wees erop dat hij het integratiebeleid al heeft gekarakteriseerd als „mislukt" nog voordat de commissie begon. „Had ik dat ook niet mogen doen?"

Sinds haar overstap van de PvdA naar de VVD heeft Hirsi Ali veel stof doen opwaaien. Ze deed zeer omstreden uitspraken over de islam en maakte in juni amok over de portefeuilleverdeling tussen de VVD–Kamerleden.

Fractiegenoten spraken destijds hun ongerustheid uit over de toekomst van Hirsi Ali in de VVD–fractie. Ze gaf in de portefeuillekwestie een verklaring uit, waarin ze schreef zich niet af te willen splitsen van de VVD en in de fractie te blijven.

GroenLinks–Kamerlid Van Gent, lid van de Kamercommissie integratiebeleid, noemde woensdag de ontstane ophef „jammer". „De commmissie is nog volop bezig. Het is jammer dat sommigen nu al conclusies trekken."

Van Gent wees er op dat de hele Kamer destijds akkoord is gegaan met de opdracht aan het Verweij–Jonker Instituut. Wat Van Gent betreft wordt het rapport van het instituut nu openbaar, maar de integratiecommissie moet daar nog over beslissen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer