VVD pleit voor „hoger doel” in onderwijs
DEN HAAG – In het Nederlandse onderwijs moet het niet alleen gaan om kennis en vaardigheden, maar ook om vorming van leerlingen en studenten. Het onderwijs dient „een hoger doel.”
Dat stelt een groep liberale denkers in het boek ”Onderwijs: de derde dimensie” dat dinsdagmiddag in Den Haag wordt gepubliceerd. Het boek is een uitgave van de prof. mr. B. M. Teldersstichting, het wetenschappelijk instituut voor de VVD. Aan de publicatie werkten onder anderen mee oud-Onderwijsraadvoorzitter Van Wieringen, VVD-senator Dupuis, de directeur van de Teldersstichting, Van Schie, en de voorzitter van de commissie die het laatste VVD-verkiezingsprogramma opstelde, Bruijn. De huidige voorzitter van de Onderwijsraad, Ten Dam, en VVD-Kamerlid en onderwijswoordvoerder Straus kregen de eerste exemplaren.
De liberale denkers hebben zich afgevraagd hoe de komende generaties toegerust kunnen worden „zodat ze kunnen participeren in alle facetten van het leven.” De Duitse taalwetenschapper, filosoof en staatsman Wilhelm von Humboldt, die leefde rond 1800, sprak over een „Bildungsideaal.” Dat spreekt de liberalen van nu ook nog aan.
Het ideaal is: „de meest volledige, rijke en harmonieuze ontwikkeling van de potenties van ieder individu, ten behoeve van het individu zelf en de samenleving als geheel.” Binnen dat ideaal gelden „onder andere het ontwikkelen van karakter, persoonlijkheid, een kritische geest en zelfredzaamheid als centrale uitgangspunten.”
Het onderwijs dient economische doelen, zoals het gereed maken van jongeren voor de arbeidsmarkt, maar „zou niet primair, laat staan exclusief, op die doelen gericht moeten zijn. De relevantie van het onderwijs reikt veel verder dan de arbeidsmarkt.” Aandacht hiervoor in het onderwijs is volgens de VVD-denktank belangrijk omdat de samenleving sterk verandert en er rekening gehouden moet worden met verandering of zelfs het wegvallen van sociale functies van instituties en organisaties.
De scribenten benadrukken dat deze thema’s niet ten koste mogen gaan van de aandacht voor primaire vakken zoals taal en rekenen. Ze moeten verweven worden in de lessen. Dat vraagt speciale vaardigheden van leraren. Scholen moeten ruimte krijgen om invulling te geven aan deze vorming.