Buitenland

Geen enkele plek is veilig in Gaza

GAZA-STAD – Geen enkele plek in Gaza is veilig omdat de grens tussen Hamas, de radicale moslimbeweging die de Gazastrook met ijzeren hand bestuurt, en de bevolking van 1,7 miljoen in een dichtbevolkt gebied uitermate poreus is.

Buitenlandredactie
20 November 2012 11:02Gewijzigd op 15 November 2020 00:21
Een jongen in Gaza-stad heeft zojuist een teddybeer uit het puin gehaald, nadat zijn ouderlijk huis door een Israëlische raket kapot was geschoten. Foto EPA
Een jongen in Gaza-stad heeft zojuist een teddybeer uit het puin gehaald, nadat zijn ouderlijk huis door een Israëlische raket kapot was geschoten. Foto EPA

Familie van Amin Zohdi Bashir en Tamer Rushid Bashir begroeven maandag de twee neven, nadat ze in hun auto waren getroffen door een raket. De nabestaanden typeren hen als onschuldige boeren die niets van doen hadden met de raketten die vanuit Gaza naar Israël worden geschoten. Israël liet weten dat de twee terroristen waren die doelbewust onder vuur waren genomen.

Dit weekend waarschuwde Israël burgers in Gaza om toch vooral weg te blijven van Hamas, teneinde niet zelf te worden gedood. Inwoners van Gaza brachten daartegen in dat zoiets volstrekt onmogelijk is in een gebied waar iedereen wel een buurman heeft die connecties met Hamas heeft.

En inderdaad: Hamas is intens met de burgersamenleving verweven. De organisatie heeft weliswaar een militante vleugel die de strijd tegen Israël voert, maar haar leden bemannen ook de politie, de douane en tal van overheidsinstanties. Bovendien runnen leden van Hamas het uitgebreide netwerk van sociale instellingen, waaronder scholen en klinieken. Gebouwen die Israël heeft bestempeld als „terroristische locaties” noemt Hamas „overheidsgebouwen” en mannen die overdag onschuldig het land bewerken, staan ’s avonds op straat raketten af te vuren.

Het is deze onontwarbare kluwen van schuld en onschuld, van burgers en militanten, die zorgt voor grote verontwaardiging over Israëlische aanvallen. En voor dagelijkse angst onder burgers.

Zo meldde Lydia de Leeuw –ze woont in Gaza-stad en werkt daar voor het Palestijnse Centrum voor Mensenrechten– maandag in haar blog dat het dagelijks leven voor de meeste mensen „onhoudbaar” is geworden. „Men kan niet slapen vanwege de constante bombardementen vanuit de lucht en vanaf zee. Daarbij komt dat vanaf het begin van deze militaire operatie 24 uur per dag het indringende gebrom van drones (onbemande vliegtuigjes) is te horen die boven Gaza rondvliegen. En het is niet alleen het geluid van deze drones, maar ook de wetenschap dat ze ieder moment iets op je af kunnen schieten dat mensen erg bang maakt.”

De Leeuw meldt verder dat ze haar boodschappen doet in een winkeltje dicht bij haar huis. „Wanneer ik daar kom, zijn er altijd twee meisjes, nichtjes van de eigenaar, die daar kattenkwaad aan het uithalen zijn; ze giechelen altijd zoals meisjes van vier dat kunnen. Ik kom hen nu tegen en ze zien er verschrikkelijk uit: grauw en ze zijn stil, ze giechelen
niet meer, maken geen grapjes. De twee kinderen zijn helemaal veranderd, er is niet veel 
over van die ondeugende meiden.”

„Een van de moeilijkste dingen om te zien”, aldus De Leeuw, „is het verdriet en de angst van deze kinderen, zij zouden dit niet
moeten hoeven meemaken.”

De Leeuw noemt de dood van Jalal Mohammed Saleh Nasser (42), die om tien uur ’s avonds samen met zijn zoon van 8, Hussein, het dak van zijn huis
op was gegaan omdat er iets mis was met de leidingen van de watertank op het dak. „Terwijl ze bezig waren om de leiding te repareren, werd er vanuit een drone een raket op hen afgeschoten. Jalal en Hussein waren op slag dood. De raket is daarna door het dak het huis binnengekomen, in een deel waar niemand aanwezig was. De woning is zwaar beschadigd.”

De Leeuw trof de vrouw van Jalal en de moeder van Hussein maandag samen met andere vrouwen in rouw. „Ik probeerde met haar te praten, maar er kwam amper een woord uit. De mensen zijn verslagen en kunnen nauwelijks uitleggen wat er gebeurd is.”

De Leeuw vertelt dat het huis van de familie op een paar minuten rijden van de hoofdweg ligt. „Mijn collega en ik reden naar de familie toe, en toen we daar aankwamen gingen we mét hen het dak op waar de twee waren omgekomen. Op het moment dat we op het dak stonden, hoorden we dat er dichtbij een raket neerkwam.

Later bleek die ingeslagen in de weg waarop we drie minuten eerder nog hadden gereden. Het projectiel had een auto geraakt die we nu als een brandende hoop schroot zagen liggen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer