De inkomensafhankelijke zorgpremie, waarbij werknemers 11 procent van hun inkomen tussen de 20.000 en de 
70.000 euro aan zorgpremie zouden moeten betalen, gaat niet door. De premies voor de verzekerden blijven grotendeels onafhankelijk van het inkomen, zoals nu ook het geval is. Om de lagere en middeninkomens te compenseren, blijft het systeem van zorgtoeslagen bestaan.

Om de geplande nivellering en de beperking van de hypotheekrenteaftrek wat te compenseren zou het tarief van de derde belastingschijf van 42 naar 38 procent gaan en het tarief van de vierde en hoogste schijf van 52 naar 49. Deze verlagingen gaan nu niet door. De al geplande verlenging van de derde schijf gaat wél door.

De door de PvdA gewenste verkleining tussen hogere en lagere inkomens wordt nu gerealiseerd via de algemene heffingskorting en de arbeidskorting die iedere werkende krijgen bij de inkomstenbelasting. De lagere inkomens gaan profiteren van de verhoging van de algemene heffingskorting met 75 euro en de verhoging van de arbeidskorting met 388 euro. De hoogte van de arbeidskorting hangt af van leeftijd en inkomen. Voor werkenden tot 57 jaar bedraagt de arbeidskorting in 2012 zo’n 1500 euro. De algemene heffingskorting voor dit jaar bedraagt ruim 2000 euro.

Om de hogere inkomens minder van de algemene heffingskorting te laten profiteren wordt deze korting met 3 procent afgebouwd voor inkomens tussen de 20.935 euro en de 62.941 euro.

De hoogste inkomens gaat helemaal niet meer profiteren van de arbeidskorting. Die wordt afgebouwd tot nul bij inkomens van 110.000 euro en hoger.

Om de PvdA tegemoet te komen, komt er 250 miljoen euro beschikbaar om de geplande ingrepen bij de WW en ontslagrecht te versoepelen. Hiermee zouden werklozen bijvoorbeeld, in plaats van twaalf maanden, achttien maanden recht kunnen houden op een uitkering die gerelateerd is aan hun inkomen.