De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie wilde zo voorkomen dat het 1350 kilo zware gevaarte op Jupiters maan Europa te pletter sloeg en het met ijs bedekte hemellichaam zou besmetten met bacteriën van de aarde.

Galileo vloog met een snelheid van 173.770 kilometer per uur de atmosfeer van Jupiter in, waar de sonde aan stukken werd gescheurd en verbrandde. Met Galileo heeft de NASA veertien jaar lang onderzoek naar Jupiter en zijn manen gedaan. De NASA ziet de sonde als een van haar grootste successen. Het project heeft 1,5 miljard dollar gekost.

Uit de meer dan 14.000 foto’s die Galileo naar de aarde heeft gestuurd, is onder meer gebleken dat er oceanen zijn op drie van de manen van Jupiter. Ook fotografeerde de sonde de inslag van een komeet op Jupiter en ontdekte Galileo voor het eerst een maan rond een asteroïde.

Galileo mocht niet op Europa terechtkomen omdat die maan een relatief gunstig klimaat heeft voor buitenaards leven. Mochten bacteriën van de aarde op Europa aanslaan -wellicht in door het radioactieve plutonium van de elektrische generator van Galileo verwarmde waterpoelen- dan zou dat toekomstige pogingen om op die maan naar sporen van leven te zoeken kunnen doorkruisen.