„Arts mag patiënt fonds niet weigeren”
Minister Borst (Volksgezondheid) vindt het niet kunnen dat sommige huisartsen patiënten „met zachte hand” proberen te dwingen zich te verzekeren bij een ander ziekenfonds. Zij liet dit de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) dinsdag in een gesprek weten.
De Nederlandse Patiënten- en Consumenten Federatie (NPCF) heeft de afgelopen maanden enkele tientallen klachten ontvangen van ziekenfondspatiënten. Hun huisartsen wilden het aantal ziekenfondsen waarmee zij een contract moesten sluiten binnen de perken houden om de administratieve rompslomp te beperken. Sommigen kregen het verzoek een ander ziekenfonds te kiezen, of een andere huisarts. Anderen moesten voortaan de rekening zelf voorschieten.
De achtergrond hiervan is het slepende conflict tussen huisartsen en verzekeraars over de tarieven voor de onregelmatige diensten. De LHV, Zorgverzekeraars Nederland en minister Borst spraken hier dinsdag over op het ministerie in Den Haag.
De zorgverzekeraars hebben aangeboden het tarief voor de avond-, nacht- en weekenddiensten te verdubbelen naar ruim 9000 euro per jaar per huisarts. Het bod geldt alleen voor huisartsen die deel uitmaken van een dienstenstructuur. Daarin werken verscheidene huisartsen samen, zodat de werklast buiten de kantooruren minder wordt.
De LHV vindt een vergoeding van ruim 13.000 euro reëel. De vereniging noemt het bod van de zorgverzekeraars dan ook onacceptabel. „Het is een herhaling van een eerder voorstel, dat we vorig jaar al hebben afgewezen. Onbegrijpelijk”, stelt zij in een schriftelijke reactie.
Minister Borst vindt dat verzekeraars en huisartsen er samen uit moeten komen. Een oordeel wilde zij niet geven. Wel gaf zij aan het voorstel van de verzekeraars redelijk te vinden, aldus een woordvoerder.
De huisartsen hebben over de tarieven ook bakzeil gehaald bij de Nederlandse Mededingsautoriteit (NMa). Die vindt dat de collectieve afspraken die huisartsen onderling maken over een maximumtarief in strijd zijn met de Mededingingswet. De kartelpolitie vindt dat huisartsen zelf afspraken moeten maken met de zorgverzekeraars over de zorg en de prijs daarvan. Nu geldt in de praktijk altijd het maximumtarief.
Tot 1 april 2002 gedoogt de NMa nog dat de districtsverenigingen van huisartsen collectief onderhandelen met verzekeraars. Volgens een woordvoerder van de LHV zal er niet zo veel veranderen, omdat ook grote verzekeraars er baat bij hebben collectief te onderhandelen over contracten. „Bovendien staat in de wet het maximumtarief. Wij mogen alleen niet meer oproepen dat standaard aan te houden.”
Verder mogen de huisartsen van de NMa niet meer bepalen hoeveel huisartsen er in een gebied zijn en hoeveel patiënten zij maximaal mogen hebben. Dat moet nieuwkomende huisartsen een betere kans geven en marktwerking bevorderen.