Iraans marmer verovert Israël ondanks verbod
TEL AVIV (ANP) – Israël importeert jaarlijks voor miljoenen dollars aan marmer uit Iran ondanks strenge sancties op handel met het land, meldt de Israëlische krant Yedioth Ahronot.
Het Iraanse marmer komt Israël binnen via Turkije. Daar wordt het ruwe marmer gesneden en gepolijst. Het gesteente wordt in Israël geregistreerd als ‘gemaakt in Turkije’. Op die manier wordt het verbod op handel met Iran omzeild. Israël importeerde in 2009 voor ruim 22 miljoen dollar aan marmer en lijmsteen uit Turkije, aldus de Israëlische Kamer van Koophandel. Hoeveel daarvan oorspronkelijk uit Iran komt, kan niet worden vastgesteld, omdat het marmer niet op die manier is geregistreerd.
Handelaren weten echter wel beter. „Iraans marmer is hier heel populair vanwege de lichtgrijze kleur. Strikt genomen is het geen marmer, maar een soort lijmsteen dat wij in het Hebreeuws ‘darma’ noemen”, zegt Yali Elzion van Ariel Marble, een groothandel in stenen ten noorden van Tel Aviv. Zelf verkoopt Elzion al jaren geen Iraans marmer meer. Hij heeft een alternatief gevonden in China. „Bijna dezelfde kleur, kwaliteit en prijs, maar het komt niet van onze vijand.”
En nu is Elzion niet strafbaar, want handel met Iran kan in Israël resulteren in gevangenisstraf. De Israëlische premier Benjamin Netanyahu pleitte onlangs bij de Verenigde Naties nog voor strengere sancties op handel met Iran om het land te dwingen zijn atoomprogramma stil te leggen. Verhalen over handel tussen Israël en Iran kan men daarbij niet gebruiken. Toen enkele jaren geleden uitlekte dat Iraanse pistachenootjes gretig aftrek vonden in Israël, trad de regering streng op tegen de handelaren.
De import van Iraans marmer via Turkije is een grijs gebied in de Israëlische wet. De meeste Israëlische handelaren praten er dan ook niet graag over. Eran Siv, directeur van de grootste importeur van gesteenten in Israël, werd genoemd in het artikel in Yedioth Ahronot, maar wil nu niet meer praten. „Dit is zeer gevoelig. Ik wil niemand in de problemen brengen.” Ook Yali Elzion laat het Iraanse marmer voor wat het is. „Het maakt me niet uit hoe populair het is. Ik wil niet het risico lopen dat de Amerikaanse ambassade mij belt om te zeggen dat ik geen toegang meer heb tot de Amerikaanse markt.”