Dat blijkt uit onderzoek van deze krant naar kinderen en mobiele telefoons op vijf reformatorische basisscholen verspreid over het land. Aan het onderzoek deden bijna 850 kinderen van groep 5 tot en met groep 8 mee.

Bijna 60 procent van de kinderen met een mobieltje heeft er een omdat de ouders willen dat hun kind bereikbaar is. Opvallend is dat 51 van de 209 kinderen met een mobieltje internet gebruiken op de telefoon; 170 kinderen zeggen hun telefoon te mogen gebruiken wanneer ze maar willen.

Ook jongeren op vier reformatorische voortgezet onderwijsscholen zijn bevraagd op het bezit en gebruik van een mobiel. Daar heeft 95 procent van de 480 ondervraagde jongeren een mobiele telefoon.

Epidemioloog dr. M. Verduijn, verbonden aan het LUMC, vindt het aantal kinderen met een mobieltje verrassend en heeft vragen bij het feit dat het overgrote deel de telefoon zo vaak mag gebruiken als het maar wil. „Ouders geven hun kind een mobieltje, maar geven daarmee ook een stuk controle uit handen.”