Cultuur & boeken

Heksenproces in protestants Goedereede

Op het marktplein van Goedereede wordt in 1586 een vrouw op de brandstapel gedood. Een heks, zo is uit onderzoek gebleken. Leendert van Wezel gebruikte dit g­egeven voor zijn historische roman ”Nynke”. „Het leverde een ander verhaal op dan ik me had voor­genomen.”

Rudy Ligtenberg

21 September 2012 17:53Gewijzigd op 14 November 2020 23:18
Leendert van Wezel schreef historische roman over heksenproces in protestants Goedereede. Foto RD, Anton Dommerholt
Leendert van Wezel schreef historische roman over heksenproces in protestants Goedereede. Foto RD, Anton Dommerholt

In de tijd dat Van Wezel in Goedereede woonde, stak hij bijna dagelijks het bewuste markplein over. De lokale situatie is door de eeuwen heen nauwelijks veranderd. Vanaf het moment dat hij besefte dat hier ooit een vrouw als heks is verbrand, was hij in de ban van dat verschrikkelijke verhaal. „Hoe heeft het zo ver kunnen komen dat een kleine stadje als Goede­reede dit een eigen inwoner kon aandoen?”

Van Wezel ging op zoek naar de feiten. „De bronnen geven een levendige en gedetailleerde beschrijving van het proces van Nynke Dimmensdochter, die in 1586 als heks werd veroordeeld. Op basis van deze informatie besloot ik een historische roman te schrijven.”

Waarom een roman?

„Wat er precies is gebeurd, valt niet meer te achterhalen, daarvoor ontbreken te veel gegevens. Ik ben ook geen historicus. Juist in een historische roman kun je heel dicht bij de beleving van de betrokkenen komen. Als romanschrijver ben je als het ware in staat de gedachtewereld van mensen binnen te treden. Dat was een belangrijke drijfveer voor mij om dit verhaal te schrijven. Tegelijk wilde ik recht doen aan de feiten. Een historische roman wordt wel ”van feit naar feit springende fictie” genoemd. Veel dingen heb ik letterlijk uit de verslagen van het proces tegen Nynke gehaald. Ze heeft bijvoorbeeld echt een dag lang aan haar armen aan een touw gehangen, zonder een woord te zeggen. Ze moet een sterke persoon zijn geweest, een vrouw met karakter, voor wie je respect kunt hebben.”

De feiten liegen er niet om. U schetst een weinig rooskleurig beeld van de kerkelijke situatie in de tweede helft van de zestiende eeuw.

„Ik dacht altijd dat heksenprocessen bij de donkere middeleeuwen hoorden, had het romantische beeld dat met de Reformatie het licht helder doorbrak. Maar in Goedereede hadden heksenprocessen plaats nadat de overheid voor het protestantisme had gekozen. En de eerste predikant van Goedereede werd afgezet omdat hij zich had ingelaten met occulte praktijken. Dat zijn schokkende ontdekkingen, waar je niet blij van wordt. Ik ben geschrokken van de rol die de kerk na de Reformatie in Goedereede speelde; dat had ik graag anders gezien.”

U bent heel genuanceerd in uw oordeel over de Rooms-Katholieke Kerk. Waarom?

„Lenert, de hoofdpersoon, bekleedt het ambt van stads­schrijver. Toen Goedereede overging naar de Reformatie moest hij ook wel protestant worden, anders zou hij zijn baan verliezen. In zijn hart kon hij die stap echter niet maken. Hij had in de Rooms-Katholieke Kerk God leren kennen en kon die kerk niet zonder meer vaarwel zeggen. Als ik me in zijn positie verplaats, kan ik me dat ook wel voorstellen. Vergeet niet dat het een erg verwarrende tijd was, waarin kerkkeuze ook politiek werd bepaald. Er zullen ook in de Rooms-Katholieke Kerk veel mensen zijn geweest die oprecht God vreesden.”

Kunt u begrijpen dat in het protestantse Goedereede nog heksenverbrandingen plaatshadden?

„Toch wel. Hoe meer ik me verdiepte in het verleden van Goede­reede, hoe beter ik dingen kon plaatsen. De tijden waren uiterst onzeker, de Tachtigjarige Oorlog was in volle gang. In 1584 werd Willem van Oranje vermoord, de man op wie de protestanten hun hoop hadden gevestigd. Een jaar later viel Antwerpen in handen van de Spanjaarden en kwam Goedereede nagenoeg in de frontlinie te liggen. Bovendien ging het economisch steeds slechter met het stadje. De haringvangst lag bijna stil, de toegang tot de haven slibde dicht en de armoede nam toe. Goede­reede raakte in verval. Daarnaast hadden de mensen in die tijd een magisch wereldbeeld: ze zagen overal geheimzinnige krachten aan het werk die rampen en onheil veroorzaakten. Het middeleeuwse bijgeloof zat nog heel diep. Natuurlijk kan er ook afgunst in het spel zijn geweest. Het ging Nynke bijvoorbeeld goed op haar boerderij, terwijl het met Goedereede steeds slechter ging. En misschien speelde ook mee dat de bezittingen van een veroordeelde heks aan de kerk of aan de stad vervielen.”

Heksen bestaan niet, maar mensen kunnen wel degelijk magie bedrijven.

„We kunnen helaas niet uitsluiten dat mensen zich met duivelse praktijken inlaten. Dat was in de tijd van de Bijbel zo, denk aan de tovenares van Endor, en dat is tegenwoordig ook het geval. Dus ook in de zestiende eeuw zal het occultisme een rol hebben gespeeld. Er is strijd tussen goed en kwaad aan de gang; de Bijbel spreekt van geestelijke boosheden in de lucht. Dat gegeven komt ook in mijn boek naar voren. Hoofdpersoon Lenert kan bijvoorbeeld niet zelfstandig afstand doen van het houten beeldje van de duivel dat hij ooit heeft gestolen. Het moet hem letterlijk uit handen worden genomen. Aan de andere kant is het zo dat mensen in die tijd wel heel gemakkelijk een verband legden tussen onheil en een vermeende vervloeking of betovering door een vrouw. Het leven zat vol met rampspoed.”

Wat probeert u de lezer met deze roman duidelijk te maken?

„Ik ben gefascineerd door de vraag waar het kwaad eigenlijk zit, maar geef geen afgeronde antwoorden. Ik heb de situatie in Goedereede naar het leven getekend en geen 21e-eeuwse antwoorden willen geven. De terechtstelling van Balthasar Gerards, de moordenaar van Willem van Oranje, was een gruwelijke gebeurtenis. Zijn daad is natuurlijk zonder meer af te keuren, dat vooropgesteld. Maar hij moet er toch wel diep van overtuigd zijn geweest dat hij een goede daad had verricht. Anders had hij die vreselijke martelingen niet kunnen doorstaan zonder een krimp te geven.

Omgekeerd liep in Goedereede de hele bevolking uit om te zien hoe een van de inwoners, die ze goed kenden, op de brand­stapel werd gebracht vanwege vermeende hekserij. Als je je inleeft in die tijd, zie je dat mensen het toen ook moeilijk vonden om te bepalen was goed was en wat niet. Er is veel kwaad met kwaad vergolden. Angst is een belangrijke drijfveer voor het menselijk handelen. Daarom heb ik bewust geprobeerd weg te blijven van zwart-wit­beschrijvingen.”

Heeft deze geschiedenis ons nu nog iets te zeggen?

„In reformatorische kring wordt wel eens iets te gemakkelijk gedacht dat we precies weten hoe God werkt, met onze schema’s, theorieën en dogma’s. Het is voor iederéén belangrijk om God te zoeken. Hij laat Zich kennen in Zijn Woord, dat moet centraal staan. Daarom kijkt een christen met een milde blik naar andersdenkenden. Hij moet zelf ook van genade leven en gered worden. Wat dat betreft zit hij in dezelfde situatie als andere mensen. Dat moet hem mild maken in zijn oordeel.”

In het nawoord van deze roman schrijft u dat u geen opluchting voelde toen het boek af was, maar desondanks hoop hebt. Wat bedoelt u daarmee?

„Ik had graag een verhaal geschreven waarin het licht van Gods genade voor mensen helder schijnt. Maar dan zou ik de historische feiten geen recht doen. Ik wilde er geen mooie draai aan geven, omdat ik dicht bij de geschiedenis wilde komen. En die is nu eenmaal donker. Het is een vreselijk verhaal, maar toch is er een lichtpuntje. Nynke schijnt, toen ze opgesloten zat in de kerker, gezegd te hebben dat God altijd bij haar was. Ook in die duistere tijd was God aanwezig. Ergens. Hoe en waar precies, dat weet ik niet. Maar Hij was er.”

“Nynke” wordt vrijdagavond, 21 september, om 19.30 uur gepresenteerd in de toren van Goedereede. De toegang is vrij.

www.uitgeverijmozaïek.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer