CU-Kamerlid Dik-Faber: Bijbel basis voor politiek handelen
DEN HAAG – Het nieuwe ChristenUnie-Kamerlid Dik-Faber (41) voelt zich „blij en enorm bevoorrecht om volksvertegenwoordiger te mogen zijn.”
In haar politieke loopbaan is ze steeds een stapje hogerop gekomen: op de gemeenteraad van Veenendaal volgden Provinciale Staten van Utrecht en vanaf heden de Tweede Kamer. „Een politieke carrière zou ik het niet willen noemen, maar het is wel een logische vervolgstap. Ik hoop dat ik mijn opgebouwde ervaring in Den Haag kan inbrengen: niet de vierkante kilometer van het Binnenhof moet centraal staan, maar de samenleving. Daarmee wil ik dan ook contact houden. Ik ga me niet opsluiten in Haagse vergaderkamertjes.”
De Nederlands gereformeerde Dik ervaart haar ambt „als een roeping.” Ze heeft zich bewust bij een christelijke partij aangesloten. „De ChristenUnie opereert vanuit het geloof.”
Wat betekent dat concreet voor u als ChristenUniepolitica?
„Mijn geloof in God wil ik niet reserveren voor mijn privéleven, maar ook laten doorwerken in mijn politieke optreden. De Bijbel is geen politiek handboek dat voor ieder willekeurig vraagstuk pasklare antwoorden biedt, maar wel mijn basis van waaruit ik politiek bedrijf. Daarnaast vind ik het ongelooflijk waardevol dat wij aan God in het gebed wijsheid mogen vragen bij het nemen van moeilijke besluiten. Ik zou niet zonder kunnen.”
Hoe vindt uw dochtertje van bijna 8 het dat haar moeder Kamerlid is geworden?
„Zij is er heel wijs mee; ze is mijn grootste fan. Mijn man zal nu meer bij haar zijn omdat hij minder gaat werken. Dat wilde hij al even. Ik heb me lang gefocust op mijn zorgtaken en had op mijn beurt veel zin om in de Kamer aan de slag te gaan.”
De commissie die u selecteerde voor de kieslijst roemde uw toegankelijkheid. Hoe vult u dat in?
„Als politica wil ik benaderbaar zijn voor mensen. Ik ben niet iemand die zomaar wat roept; graag verdiep ik me goed in dossiers, om er daarna over te spreken met de mensen die het aangaat. Op basis daarvan kom ik dan tot mijn standpunten.”
U was mede-auteur van het verkiezingsprogramma. Hoe wilt u de plannen daaruit gaan verwezenlijken?
„Ook als kleine partij kun je veel voor elkaar krijgen. Denk bijvoorbeeld aan de verhoging van de alcoholleeftijd, waarvoor mijn fractiegenoot Voordewind lang heeft gepleit. Het gaat niet om de kwantiteit van het aantal zetels, maar om de kwaliteit van je voorstellen.”
Welke portefeuilles krijgt u?
„Landbouw, natuur, energie en water, cultuur, infrastructuur en milieu en zorg, waaronder medische ethiek. Ik hoop onder andere bij te dragen aan de oplossing van het spanningsveld tussen boeren en natuur. Dat hoeft er namelijk niet te zijn.”