HRW: Ook rebellen Syrië schenden rechten
BEIROET – Leden van de gewapende Syrische oppositie hebben gevangengenomen tegenstanders aan martelingen onderworpen. Ook hebben anti-Assadstrijders in verschillende Syrische regio’s mensen standrechtelijk geëxecuteerd.
Dit meldde de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch maandag in een rapport. Volgens HRW werden dergelijke mensenrechtenschendingen begaan in de noordelijke provincies Idlib en Aleppo en in de kustregio Latakia. HRW zegt dat het in ieder geval om oorlogsmisdaden gaat en om misdaden tegen de mensheid als de genoemde mensenrechtenschendingen als wijdverbreid en systematisch kunnen worden gekenschetst.
HRW zegt dat drie oppositieleiders, geconfronteerd met de bewijzen dat mensen buitengerechtelijk zijn geëxecuteerd, hebben verklaard dat de betrokkenen het verdienen om te worden omgebracht.
VN-onderzoekers hebben een tweede lijst opgesteld met namen van personen en eenheden die oorlogsmisdaden zouden hebben begaan in Syrië. Dat heeft het hoofd van de onderzoekscommissie, Paulo Sergio Pinheiro, maandag bekendgemaakt. Pinheiro dringt er bij de VN-Veiligheidsraad op aan de vermeende misdaden aan te brengen bij het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag.