Op de derde dinsdag van september is het Prinsjesdag: de feestelijke opening van het nieuwe werkjaar van de Staten-Generaal. Je kunt er de klok op gelijkzetten: de dag erna prijken Staphorster dames of de in dracht gestoken schoolkinderen op veel voorpagina’s van landelijke kranten.

Het is een visitekaartje voor de gemeente Staphorst, de vrouwen genieten ervan en voor de kinderen is het vooral ook educatief. „We bereiden deze trip altijd heel goed voor. De leerlingen weten precies waar het over gaat”, zegt Bart Hoeve, directeur van de dominee Harm Doornveldschool in Staphorst, een van de vijf scholen met de Bijbel die meedoen. Sinds jaar en dag gaat de schooljeugd naar Den Haag. De leerlingen dragen bijna allemaal de klederdracht. Dat hoeft overigens niet. „De meesten hebben familie die nog wel wat authentieke kledij in de kast heeft liggen”, zegt Hoeve.

De scholen uit de gemeente Staphorst en de vrouwen organiseren hun reisje naar de hofstad overigens afzonderlijk. Annigje van der Sluis en Auktje Alssema, de vrouw van burgemeester Alssema, regelen de busreis voor de vrouwen. Vaak gaat de burgemeester mee en ook hij draagt dan de authentieke dracht: wol met gouden knopen.

„De gewoonte om in klederdracht naar Den Haag te gaan, startte in 1999. Twee vrouwen lanceerden toen het plan om in authentieke kledij de opening van het parlementaire jaar bij te wonen. Een traditie was geboren”, zegt Annigje van der Sluis. „In het begin gingen er wel eens honderd dames mee. Sinds een aantal jaren zijn het er rond de zestig, één touringcar vol. Als we hiermee op zouden houden, zouden de mensen ons missen. Dat weet ik zeker.”

Elk jaar is het weer spannend waar de vrouwen mogen staan. Het gros posteert zich altijd langs de route. Dit jaar mogen twintig dames op het Binnenhof staan en twee vrouwen mogen zelfs in de Ridderzaal plaatsnemen. Onderling wordt uitgemaakt wie dat mogen zijn. Na afloop eet het gezelschap nog ergens wat, om zo een gezellige dag af te sluiten. Ook dat hoort bij de traditie.