Echte Jezus
Hooglied 1:3b
„Uw Naam is een olie die uitgestort wordt.”
Onechte Jezussen werden alleen maar vooruit gezonden, zoals de staf vóór de profeet naar de dode vooruitging (2 Koningen 4:29). Die Jezussen konden hun naam niet verklaren, want die naam had geen inhoud. Wel legde men de staf op de dode, maar er was geen stem noch opmerking (vers 31), omdat het maar een staf was.
Toen kwam Hijzelf naar de aarde, Die Zijn staf gezonden had, en weldra maakte Hij Zijn volk zalig van hun zonden (Mattheüs 1:21) en bewees Zich te zijn zoals Hij genoemd werd: „Wie is Deze, Die ook de zonden vergeeft (Lukas 7:49)? Kennelijk Hij, Die zegt: „Ik ben uw Heil” (Psalm 35:3).
Hier is de stem en ook het gevoel. Het is duidelijk dat Hij geen holle naam draagt, zoals Zijn voorgangers. Men gevoelde het heil in de leden komen, en naar buiten sprak men het uit: „Ik heb berouw en ik doe belijdenis.” Die belijdenis wijst uit dat ik leef. Van de dode, die als niets is, vergaat de belijdenis (Prediker 17:23). Zie, hier is leven en gevoel! Ik ben dus volkomen opgewekt, mijn opstanding is compleet.
Bernardus van Clairvaux (1091-1153)
(”Het Hooglied”)