Hulporganisaties starten actie voor Pakistaanse Rimsha
ERMELO – Mede op verzoek van Pakistaanse christenen starten vier Nederlandse hulporganisaties een actie om bij de autoriteiten van Pakistan aandacht te vragen voor de minderjarige, verstandelijk beperkte Rimsha. Zij wordt al twee weken vastgehouden op beschuldiging van blasfemie.
De actie is een initiatief van de hulporganisaties Open Doors, SDOK, Stichting HVC en Jubilee Campaign, die zich alle inzetten voor vervolgde christenen. Op de websites van de verschillende organisaties is een brief te downloaden of digitaal te ondertekenen. „We hopen dat veel mensen de moeite nemen om de brief te ondertekenen en op te sturen naar de ambassade in Den Haag”, aldus woordvoerder Klaas Muurling namens de vier organisaties.
De hulporganisaties hebben de ontwikkelingen rond Rimsha afgewacht, maar zijn van mening dat nu actie moet worden ondernomen. „Bijna dagelijks horen we geruchten over haar vrijlating en over nieuwe processen”, aldus Muurling. „Maar nu is het tijd om onze stem te laten horen. In veel gevallen is stille diplomatie het beste middel, maar in dit geval is het goed als christenen in het westen zich aansluiten bij de oproepen van christenen in Islamabad en andere Pakistaanse steden.”
De brief bevat een oproep aan de autoriteiten om de zaak van Rimsha zorgvuldig en snel te behandelen. „Daarnaast bidden we de overheid wijsheid toe”, zegt Muurling.
Geen syndroom van Down
Rimsha uit Pakistan werd op 17 augustus gevangengezet nadat een dorpsgenoot het christelijke meisje ervan beschuldigde fragmenten uit de Koran te hebben verbrand. Onderzoek in opdracht van de Pakistaanse rechtbank lijkt uit te wijzen dat het meisje waarschijnlijk nog jonger is dan veertien jaar. Bovendien heeft ze een verstandelijke beperking. Overigens blijkt zij niet het syndroom van Down te hebben, zoals eerder werd gezegd.
De kans dat de aanklacht juist is, lijkt buitengewoon klein, aldus Klaas namens de organisaties. „Het lijkt erop dat er andere motieven zijn voor de aanklacht. Er zou sprake zijn van een ruzie. Daarnaast worden de christenen in het dorp van Rimsha zwaar onder druk gezet om hun land te verkopen aan welgestelde moslims.”
De strenge blasfemiewet in Pakistan maakt christenen in het land buitengewoon kwetsbaar, aldus Muurling. „Met een beroep op de blasfemiewet is het heel eenvoudig om iemand te laten oppakken. Rimsha is daar nu het slachtoffer van, maar zij is niet de enige. Met enige regelmaat worden christenen én moslims het slachtoffer van deze onduidelijke wetgeving.”