Pakistaans meisje Rimsha waarschijnlijk vrijgesproken van godslastering
ISLAMABAD – Rimsha Masih, een 11-jarig meisje met het syndroom van Down uit Pakistan, wordt waarschijnlijk vrijgesproken van godslastering, maar zal voorlopig niet terug kunnen keren naar huis.
Dat liet haar advocaat donderdagmorgen weten via de Amerikaanse nieuwsdienst Compass Direct. Het meisje is afkomstig uit een christelijk gezin. Half augustus werd ze gearresteerd, omdat ze pagina’s met Koranverzen zou hebben verbrand.
Haar advocaat zegt er alle vertrouwen in te hebben dat Rimsha deze week op borgtocht wordt vrijgelaten en dat ze met haar familie kan worden herenigd. Het gezin doet er echter verstandiger aan voorlopig niet terug te keren naar zijn woning, vanwege religieuze spanningen in de wijk, aldus de advocaat.
Sinds de arrestatie van Rimsha zijn zo’n duizend christenen de stadswijk waar het meisje woonde, Meharbadi in Islamabad, ontvlucht.
De rechtbank heeft dinsdag officieel vastgesteld dat Rimsha minderjarig is. Dat betekent dat haar zaak valt onder het jeugdrecht. Artsen schatten haar overigens op 14 jaar in plaats van de 11 die haar ouders aanhouden. Haar geestelijke leeftijd ligt daaronder. Ze heeft niet het vermogen om te begrijpen wat godslastering is, zo is de conclusie van artsen die haar onderzocht hebben.
Pakistaanse christenen hebben maandag geprotesteerd tegen de arrestatie van het tienermeisje. In steden als Karachi en Faisalabad gingen christenen de straat op. Ook sommige moslimleiders hebben de arrestatie veroordeeld.
De zaak heeft internationaal tot ophef geleid over de Pakistaanse blasfemiewetgeving. Op opzettelijke ontheiliging van de Koran staat volgens het Pakistaanse strafrecht een levenslange gevangenisstraf. De Wereldraad van Kerken houdt van 17 tot 19 september in Zwitserland een hoorzitting over de blasfemiewetgeving in Pakistan.