Van april tot Kerst Hollandse bramen voor Albert Heijn
HAAFTEN – Op verzoek van Albert Heijn stellen Bert-Jan en Corine Pippel hun bramenkwekerij in Haaften morgen open voor het publiek. „We willen de mensen vertellen dat bramen gezond en lekker zijn en dat ze bijna jaarrond hier geteeld worden”, zegt Bert-Jan.
Albert Heijn viert een feestje: de supermarktketen bestaat 125 jaar. Ter gelegenheid daarvan kan iedereen de komende twee weekeinden een kijkje nemen bij boeren en tuinders die hun producten leveren aan de winkels van de grootgrutter. Verspreid over het land doen 167 bedrijven mee. Oud en jong zijn welkom om bijvoorbeeld te kijken waar de melk vandaan komt of te vragen waarom witlof in het donker groeit. Bij de familie Pippel in Haaften staat de braam centraal.
„Bezoekers dienen zich te melden”, roept een bord aan de gevel. De kwekerij loop je als buitenstaander niet zomaar binnen. Ruimten waar de bramen worden afgewogen en verpakt zijn verboden terrein. Hier wordt voedsel verwerkt. Daarom gelden de strenge regels van BRC, British Retail Consortium, een keurmerk voor leveranciers aan supermarkten.
Terwijl enkele medewerkers doosjes bramen van een deksel voorzien, en intussen een laatste controle van de zachte, zwarte vruchtjes uitvoeren, rijden anderen op karretjes naar een perceel waar deze weken geplukt wordt. Het valt op dat het allemaal dames zijn.
„Inderdaad, het plukken laten we alleen door vrouwen doen”, lacht Corine. „Bramen zijn heel gevoelig voor beschadiging. Vrouwen hebben daar meer feeling voor dan mannen, is onze ervaring.”
De familie Pippel teelt sinds 1995 bramen. In de loop der jaren is het bedrijf uitgegroeid tot een hightech kwekerij van 8 hectare, waarvan 2 hectare kasruimte. Buiten staan de struiken onder plastic kappen om het kwetsbare fruit te beschermen tegen regen en hagel. Voedingsstoffen en water worden door druppelslangen bij de wortels gebracht.
Vrijwel alle bramen die bij de filialen van Albert Heijn in het schap liggen, komen uit Haaften. „Veel mensen denken dat bramen alleen in de zomer uit Nederland komen. Maar wij plukken ze van april tot Kerst”, legt Bert-Jan uit.
Dat is mogelijk door een uitgekiende spreiding van de bramenteelt over het jaar heen. De eerste vruchten komen in het vroege voorjaar uit een verwarmde kas. Daarna volgt een teelt in een onverwarmde kas gevolgd door een buitenteelt in potten. Alleen in de zomer groeien de bramen aan struiken die in de volle grond staan en –als enige– meerdere jaren meegaan.
De struiken voor de vroege en late teelten worden maandenlang in een koelcel bewaard en zo in een kunstmatige winterslaap gehouden. Pas als ze in de kas of onder de kappen worden gezet, zien ze het licht en gaan ze bloeien. Een techniek die Pippel heeft ontdekt bij de proeftuin in het Belgische Tongeren.
In een van de kassen zoemen duizenden bijen rond. „Voor de bramenteelt is insectenbestuiving pure noodzaak. Zonder bijen geen bramen, ook iets wat veel mensen niet weten”, zegt Bert-Jan. Maar vanavond worden de bijen tijdelijk opgesloten. „We willen niet dat onze bezoekers gestoken worden”, verklaart Corine.
Boeren beschuldigen supermarkten er nogal eens van dat die er met de marges vandoor gaan, terwijl de boer of teler nauwelijks zijn brood kan verdienen. Bert-Jan Pippel is echter positief. „Albert Heijn heeft drie eisen: kwaliteit, voldoende beschikbaarheid en prijs, in die volgorde. Ze willen daarvoor over langere tijd met je samenwerken. Dat willen wij ook. We hebben een gezamenlijk belang: zij willen bramen verkopen, wij hebben veel bramen in de aanbieding waar we graag een redelijke prijs voor willen.”
Vrijwel alle bramen van Pippel gaan naar Albert Heijn. Planning van oogst en winkelacties stemmen teler en supermarktketen op elkaar af. Ook de prijs die Pippel krijgt wordt in overleg bepaald. „Het is logisch dat we bij de vroege en late teelten een hogere prijs krijgen; dan zijn onze kosten immers ook hoger”, legt Bert-Jan uit.
Een woordvoerster van Albert Heijn zegt dat het grootwinkelbedrijf groenten en fruit grotendeels inkoopt door middel van contractteelt. De contacten met de telers verlopen via één vast aanspreekpunt: groothandel Bakker Barendrecht. „We gaan langdurige relaties aan. Dat lukt alleen als beide partijen er baat bij hebben”, aldus de woordvoerster.
De bedrijfsruimte van kwekerij Pippel ziet er intussen tiptop uit, alles is klaar voor de ontvangst van de ‘burgers’. Langs een van de gevels staan de versnaperingen klaar, die morgen worden uitgedeeld: koffie, fris, koek en snoep. Uiteraard afkomstig van Albert Heijn. Bert-Jan: „We doen zelf ook wat extra’s. Iedereen krijgt van ons een voor deze gelegenheid gemaakt bramenijsje.”
Ook volgende week zaterdag houdt Pippel open huis. „Op de zondagen doen we niet mee, dan werken we nooit. Albert Heijn respecteert dat.”