Volgens De Krom zijn veel bijstandsgerechtigden onvoldoende gemotiveerd om een baan te vinden en zitten de gemeenten hen te weinig achter de broek. Ze willen alleen een baan waar ze ‘zin in hebben’ en willen niet te lang reizen naar hun werk. De Krom baseert zich op een onderzoek dat hij heeft laten uitvoeren.

Volgens Klijnsma, zelf ex-staatssecretaris van Sociale Zaken, vergeet De Krom dat „mensen niet voor niets in de bijstand zitten”. „Alsof die mensen van hun minimale uitkering zitten te genieten. Dat is zo’n fout beeld.”

Ook Paas vindt dat De Krom overdrijft. Zijn brief is „aanzienlijk scherper van toon” dan het onderzoeksrapport, vindt de Divosavoorzitter. Veel bijstandsontvangers zijn wel gemotiveerd en hebben geen dwang nodig. Anderen maken door lichamelijke of psychische beperkingen zo weinig kans op werk dat sancties niet helpen, zegt hij.

GroenLinks-Kamerlid Jesse Klaver vindt dat De Krom de situatie op de arbeidsmarkt miskent. „Er zijn veel mensen die wel willen werken, maar gewoonweg niet aan de bak komen. De Krom heeft een mentaliteit van ‘eigen schuld dikke bult’.”

Paas bestrijdt dat de gemeenten te weinig doen aan handhaving. Uit onderzoek van Divosa blijkt dat 70 procent van de gemeenten vorig jaar de handhaving heeft aangescherpt. Dat bijstandontvangers opzien tegen een tijdelijke baan, zoals De Krom zegt, komt volgens Paas doordat ze daarna een nieuwe uitkering moeten aanvragen en bang zijn dat ze dan tijdelijk zonder inkomen zitten. Wel is Paas het met De Krom eens dat het geen belemmering mag zijn voor het aanvaarden van tijdelijk werk.