In Nijmegen zijn dit jaar 288 eerstejaars gestart met een bètastudie. De groei van het aantal eerstejaars zit vooral in de „echte bètarichtingen", zoals wiskunde, scheikunde en algemene natuurwetenschappen. Natuur– en sterrenkunde heeft zich met 44 eerstejaars bijna verdubbeld in vergelijking met vorig jaar.

De universiteit denkt dat de nieuwe inrichting van de bètafaculteit, waarmee in 1996 een begin is gemaakt, voornamelijk de reden is dat eerstejaars voor de KUN kiezen. Er is diepgaand onderzoek gedaan naar de in–, door– en uitstroom van de opleidingen. Aan de hand van de onderzoeksgegevens veranderde het aanbod, de inhoud van de studie en de benadering van aankomende studenten. De Nijmeegse methode is volgens de Rijksinspectie Onderwijs een voorbeeld voor het hele land, aldus de universiteit.