Dat is het gevolg van een uitspraak van de Raad van State in een individuele zaak dinsdag. De Raad van State vindt dat de minister de mate van verwestersing van de Somalische vrouw in kwestie ‘onvoldoende heeft betrokken’ bij de vraag of van haar kan worden verwacht dat zij zich kan handhaven onder de leefregels van Al Shabaab. Haar zaak moet nu opnieuw worden bekeken. Een woordvoerster van Leers zei dinsdagmiddag dat het departement de uitspraak bestudeert. Het is nog niet duidelijk wat de verdere gevolgen zijn.

Twee weken geleden oordeelde de Raad van State overigens, in een geheel andere kwestie, dat Leers vooralsnog geen Somaliërs mag uitzetten naar hun vaderland. Ze werden eerder wel naar het midden en het zuiden van het land gezonden, via de luchthaven van Mogadishu. Het ministerie achtte dat tot voor kort veilig genoeg.

Er waren op dat moment 300 uitgeprocedeerde Somaliërs in ons land. Als het land van waaruit zij in Nederland zijn aangekomen veilig genoeg is, dan zouden ze daarheen moeten. Inmiddels zitten tientallen uitgeprocedeerde Somaliërs op de stoep van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in Den Bosch. Ze zijn weggelopen uit de vrijheidsbeperkende locatie (VBL) in Vught en willen toch een verblijfsvergunning. De IND liet al weten dat de actie weinig zin heeft.