Kabinet blijft bij verkleining parlement
DEN HAAG (ANP) – Het kabinet gaat het wetsvoorstel om de Tweede en Eerste Kamer fors te verkleinen, gewoon indienen ondanks een negatief advies van de Raad van State. In het wetsvoorstel wordt voorgesteld de Tweede Kamer terug te brengen van 150 naar 100 leden en de Eerste Kamer van 75 naar 50 leden.
Premier Mark Rutte maakte dat vrijdag bekend, na de laatste ministerraad voor de zomervakantie. De verkleining van het parlement stond al in het regeerakkoord. Voor Rutte past het in zijn visie om te snijden in de kosten en de omvang van de overheid en te streven naar een kleinere en slagvaardiger overheid.
Rutte: „Dit is een logische stap na alle maatregelen die we hebben genomen om de overheidsfinanciën op orde te brengen. Die hadden grote gevolgen voor de mensen in het land. Dan ligt het echt voor de hand dat wij als politieke kaste kijken naar ons eigen functioneren en eigen omvang.”
Volgens Rutte is het niet vreemd dat het kabinet zo op het laatste moment nog zo’n belangrijk en mogelijk controversieel voorstel indient. „Wij dienen allerlei voorstellen in. We zijn gewoon het regeer- en gedoogakkoord aan het uitvoeren. Laat iedereen zijn mening erover vormen.”
Rutte beloofde eind mei dat hij het wetsvoorstel zo snel mogelijk naar de Kamer zou sturen. Dat het toch nog 7 weken heeft geduurd, komt volgens hem doordat het kabinet het kritische advies van de Raad van State goed wilde bestuderen.
Het kabinet besloot bij het aantreden om ook de eigen omvang in te krimpen. VVD en CDA hebben samen 12 ministers en 8 staatssecretarissen, aanzienlijk minder dan vorige kabinetten. CDA-ministers klaagden het afgelopen weekeinde dat het kabinet te klein is geworden. Rutte vindt van niet. „Twintig is eerder te veel dan te weinig. Het is een goede omvang.”
Voor het verkleinen van de twee Kamers van de Staten-Generaal is een grondwetsherziening nodig waardoor het wetsvoorstel in twee lezingen moet worden behandeld. Tussen de eerste en de tweede behandeling in moeten Tweede Kamerverkiezingen worden gehouden. In de tweede lezing is bovendien een tweederdemeerderheid nodig in beide Kamers. De Tweede Kamer werd in 1956 uitgebreid van 100 naar 150 leden.