De ontvoerde meisjes van Egypte
Amerikaanse en Canadese kopten zijn in Caïro een actie gestart om aandacht te vragen voor ontvoerde christelijke meisjes in Egypte. Deze jonge vrouwen zouden zo gedwongen worden tot de islam over te gaan. De meeste verhalen blijken echter niet te kloppen
Ds. Ed McNeely, een voormalig lid van het Amerikaanse Congres, schreef over de vermeende ontvoeringen zelfs een open brief aan de Amerikaanse president George Bush. Uitvoerige rapporten van Arab-West Report (AWR), een onafhankelijke organisatie voor het onderzoek van de verhoudingen tussen moslims en christenen, concludeert nu echter dat het meestal helemaal niet om ontvoeringen gaat, maar om meisjes die om tal van redenen van huis zijn weggelopen.
Jaarlijks gaan enkele duizenden christenen in Egypte tot de islam over. Veel van hen zijn jonge meisjes van rond de twintig jaar. De meesten van hen komen uit arme gezinnen, weten weinig over hun geloof en werden geconfronteerd met sociale problemen. Moslims kennen een sterke zendingsdrang en bieden jonge christenen in nood hulp aan. Zij vertellen daarbij gaandeweg ook over hun geloof. Maar soms gaat het ook om liefdesrelaties tussen jonge christelijke meisjes en moslimjongens. Als de ouders van de meisjes dat te weten komen, resulteert dat veelal in een flink pak slaag.
Een meisje met problemen thuis kan in Egypte vaak nergens heen. Ze mag niet op kamers gaan wonen, want dat doet een meisje in deze cultuur niet. Veel koptische priesters weten daar niet goed mee om te gaan. Zij adviseren meisjes met problemen bij haar ouders te blijven wonen.
Vrouwenkloosters bieden soms wel enkele opvangmogelijkheden, maar vaak zijn die slechts tijdelijk. Veel meisjes zien in hun wanhoop geen andere weg dan van huis weg te lopen. Moslims zijn in zulke situaties graag bereid rondzwervende meisjes op te vangen.
De Amerikaanse ds. McNeely, die in Caïro woont, kent enkele voorbeelden: Neveen Malak (17) uit Samalut, een dorp ruim 200 kilometer ten zuiden van Caïro, zou zijn ontvoerd. Dat was het verhaal. De koptisch-orthodoxe bisschop Paphnotius heeft haar inmiddels gesproken en vertelt nu een heel ander verhaal. Neveen blijkt door haar moeder geslagen te zijn, na een brand in hun huis. Neveens moeder was ervan overtuigd dat de brand door toedoen van Neveen was ontstaan. Het meisje verdween vervolgens voor ongeveer een maand en verbleef waarschijnlijk bij moslims. Na een maand meldde zij zich weer bij een kerkelijke gemeenschap in Caïro, die op haar beurt de politie informeerde. Zo werd het 17-jarige meisje teruggebracht naar haar dorp Samalut.
Ds. McNeely noemt ook Anwar Sedky Rateb (21), een jonge vrouw uit Dairoet, 300 kilometer ten zuiden van Caïro. De stad Dairoet was in de afgelopen jaren vaker het toneel van problemen tussen moslims en christenen.
Anwar wilde vijf jaar geleden reeds van huis weglopen met Ahmed, een islamitische jongen. De politie heeft de jonge vrouw toen weer naar haar familie teruggebracht. De familie heeft de afgelopen jaren geprobeerd alle contacten tussen Anwar en Ahmed te voorkomen, maar is daarin, volgens de priester, niet geslaagd. Anwar is opnieuw weggelopen. Deze maal weigert de politie haar op te sporen en terug te brengen. De politie vindt dat de priester zich er niet mee moet bemoeien. Anwar is volgens hen nu oud en wijs genoeg om zelfstandig over haar toekomst te beslissen.
Desondanks worden beide gebeurtenissen ontvoeringen en kidnappingen genoemd. Christelijke families noemen vrijwel elke overgang van hun ongetrouwde kinderen naar de islam een ontvoering. Dat houdt natuurlijk in dat de fout bij de ander ligt. Ontvoeringen trekken ook aandacht van de media en van christelijke organisaties in het Westen.
De verhalen over kidnapping passen goed in het traditionele negatieve beeld dat in het Westen van moslims bestaat. Moslims beschouwen dit als het zoveelste bewijs voor de onbetrouwbaarheid van de gemiddelde christen. Bisschoppen en priesters in Egypte zijn beducht voor deze ontwikkeling. „De verhoudingen tussen moslims en christenen zijn al ontvlambaar genoeg.”