Hulp voor bijstandsmoeders
CDA, VVD en D66 werken alsnog aan een compromis over de sollicitatieplicht voor alleenstaande bijstandsouders met kinderen jonger dan vijf jaar. Aan het begin van de middag werd gesproken over de mogelijkheid dat gemeenten een uitzondering mogen maken voor ouders die in geweten kiezen voor voltijd opvoeden.
Het CDA accepteert dat er in de Tweede Kamer geen meerderheid is te vinden voor een blijvende ontheffing voor deze groep. Namens het kabinet hield staatssecretaris Rutte (Sociale Zaken) woensdag in zijn verdediging van de Wet werk en bijstand ook stevig vast aan de sollicitatieplicht.
Anderzijds is het VVD en D66 inmiddels duidelijk geworden dat de grootste coalitiepartner sterk hecht aan keuzevrijheid voor de alleenstaande ouders met jonge kinderen. Zij zijn bereid om enkele concessies te doen. De sollicitatieplicht blijft weliswaar overeind, maar er wordt gezocht naar uitzonderingsgevallen.
Daarbij zou het geweten van betrokken bijstandsouders een belangrijke rol kunnen spelen. Kunnen zij het niet met hun geweten verenigen om niet ’voltijd’ thuis te zijn voor de opvoeding, dan zouden gemeenten dat als geldig motief voor vrijstelling van sollicitatieplicht mogen en kunnen aanvaarden.
Gemeenten krijgen in de nieuwe bijstandswet een cruciale rol toebedeeld. Vooral de VVD zou eraan hechten dat dit ook voor het compromis opgaat. Vanmorgen dacht het liberale kamerlid Weekers al expliciet aan „sommige gemeenschappen zoals op de Veluwe.”
Tot woensdagmiddag leek het erop dat de tegenstanders van de sollicitatieplicht (CDA, SP, CU en SGP) volledig bot zouden vangen. Het kabinet kreeg voor de sollicitatieplicht steun van PvdA en GroenLinks en kon daardoor op dit punt toe zonder steun van het CDA. Tot teleurstelling van CDA-kamerlid Bruls zocht staatssecretaris Rutte die steun ook op door de PvdA toe te geven dat de sollicitatieplicht gekoppeld zou kunnen worden aan een wettelijk recht op kinderopvang.
Overigens weerstond staatssecretaris Rutte woensdag op tal van andere terreinen de druk van de linkse oppositie om in de nieuwe bijstandswet alsnog allerlei landelijke bepalingen ten gunste van uitkeringsgerechtigden op de nemen. Het kabinet wil daarentegen maximale vrijheid voor gemeenten om invulling te geven aan hun nieuwe, centrale rol, aldus Rutte.
Vertrouwen in de gemeenten, zo luidde het centrale thema in zijn verdediging van de Wet werk en bijstand. Dit tot woede van PvdA, GroenLinks en SP, die willen dat Rutte gemeenten verplicht Melkertbanen om te zetten in regulier werk, bijstandsgerechtigden jonger dan 23 werk en scholing te bieden en chronisch zieken en langdurig werklozen aan een baan te helpen.
Dergelijke landelijke verplichtingen passen volgens Rutte echter niet in „de systematiek van de wet.” De nieuwe bijstandswet legt de verantwoordelijkheid juist op het niveau van de gemeente. De financiële verantwoordelijkheid moet gepaard gaan met beleidsruimte, aldus de staatssecretaris. Hij heeft het „volle vertrouwen” dat gemeenten daar goed mee zullen omgaan.
Rutte gaf ook aan dat hij vooralsnog weinig ziet in het SGP-voorstel om bijstandsgerechtigden te vrijwaren van het aanvaarden van werk dat botst met hun godsdienst of levensbeschouwing. Volgens hem biedt de jurisprudentie op dit terrein voldoende garanties. Verder acht hij de vrees niet terecht dat de nieuwe wettelijke term ”algemeen geaccepteerde arbeid” tot meer probleemgevallen zal leiden dan de oude term ”passende arbeid”.