Weinig positiefs over wereld in 2052
WHITE RIVER JUNCTION – Voorspellen is moeilijk, zeker als het om de toekomst gaat, luidt een bekend Arabisch spreekwoord. De Noorse hoogleraar Jørgen Randers deed niettemin een poging de wereld van 2052 te beschrijven. Dat leverde over het algemeen geen positief beeld op.
Veertig jaar geleden publiceerden vooraanstaande wetenschappers, verenigd in de Club van Rome, het spraakmakende rapport ”Grenzen aan de groei”. Daarin werd een verband gelegd tussen economische groei enerzijds en gevolgen voor klimaat, beschikbaarheid van grondstoffen en geopolitieke verhoudingen anderzijds.
De Noorse wetenschapper Jørgen Randers, die destijds al deel uitmaakte van de Club van Rome, borduurt op dit rapport voort en schetst in zijn boek ”2052, een wereldwijde voorspelling voor de komende veertig jaar” de trends voor de komende vier decennia.
De belangrijkste conclusie van het rapport van 1972 was dat de mensheid zich moet aanpassen aan de fysieke beperkingen van de aarde. Het gebruik van natuurlijke hulpbronnen en schade aan het milieu moeten worden teruggebracht tot een niveau dat op de lange termijn duurzaamheid garandeert.
Het proces van aanpassing aan de grenzen van de groei is anno 2012 goed op gang gekomen, constateert Randers in zijn studie. En hij verwacht dat ook de komende veertig jaar de wereldbewoners welbewust met duurzaamheid en leefbaarheid bezig zullen zijn.
Gevaren
Er liggen echter wel grote gevaren op de loer, aldus de Noorse onderzoeker. Zo voorspelt hij dat de groei van de wereldbevolking zich eerder dan verwacht zal stagneren. Door toenemende urbanisatie zal het geboortecijfer afnemen, waardoor de mensheid volgens hem in 2040 een piek van 8,1 miljard zielen zal bereiken, en daarna zal afnemen.
De gestage groei van de wereldbevolking werd lange tijd als probleem ervaren. Randers wijst juist op het gevaar van afname. Het wereldwijde bruto nationaal product (het totale bedrag dat we met elkaar verdienen, RD) zal dalen, evenals de arbeidsproductiviteit. Dat laatste wordt niet alleen veroorzaakt door de toenemende vergrijzing, maar ook door –onder andere– sociale onrust en extreme weersomstandigheden.
Om die ontwikkelingen het hoofd te bieden zijn volgens Randers de komende decennia forse maatschappelijke investeringen nodig om problemen zoals vervuiling, klimaatverandering, verlies van biodiversiteit en sociale ongelijkheid aan te pakken. Ook dat zal zijn weerslag hebben op de hoogte van het wereldwijde bnp.
Randers verwacht overigens niet dat de geschetste problemen voor 2052 tot een regelrechte wereldwijde catastrofe zullen leiden. Maar, zo tekent hij aan, „er zal veel onnodig lijden zijn van niet-afnemende klimaatschade rond het midden van deze eeuw.”
De Noorse wetenschapper heeft weinig vertrouwen in westerse politieke systemen als het gaat om een duurzaam antwoord te geven op de uitdagingen van de komende decennia. „De kortetermijnfocus van kapitalisme en democratie zal ervoor zorgen dat wijze beslissingen die nodig zijn voor ons welzijn op de lange termijn niet op tijd zullen worden genomen”, is zijn sombere conclusie. Dat zal ertoe leiden dat de wereld niet bereid zal zijn de natuur voor zijn eigen bestwil te beschermen, met een verlies aan biodiversiteit tot gevolg.
Verschillen
De effecten van de doemscenario’s die Randers schetst zullen overigens per regio verschillen. „De belangrijkste verliezer zal de huidige economische elite zijn – en in het bijzonder de Verenigde Staten, die de komende generatie een stagnerende consumptie per hoofd van de bevolking zullen ervaren.”
China beschouwt Randers de komende decennia als „winnaar.” En ook voor de zogenaamde Brise-landen (Brazilië, Rusland, India en Zuid-Afrika) voorziet de Noorse hoogleraar vooruitgang.
Over de rest van de mensheid is Randers kort: „die zal arm blijven.” Voor iedereen –en in het bijzonder het arme deel van de aardbol– voorspelt de onderzoeker dat zij zullen leven „in een in toenemende mate wanordelijke en door klimaatschade beheerste wereld.”