Spanje moet nog becijferen hoeveel geld het gaat aanvragen. De ministers besloten tot 100 miljard euro maximaal te gaan. Het geld is al voorradig in het noodfonds.

De ministers van Financiën van de 17 landen in de eurozone, waaronder Nederland, overlegden zaterdag van 16 tot 18 uur telefonisch over Spanje. Om half 8 gaf de Spaanse minister een persconferentie.

Het ministerie van Financiën in Den Haag kan geen bedragen bevestigen. Een woordvoerder liet wel weten dat Nederland 6 procent van het totaal bijdraagt.

De steun gaat direct naar de banken en niet naar de Spaanse staat. Daardoor hoeft Madrid geen (extra) strenge bezuinigingen door te voeren als voorwaarde voor de steun, zoals bijvoorbeeld in Griekenland.

De Spaanse banken verkeren in grote nood. Volgens het Internationaal Monetair Fonds hebben ze zeker 40 miljard euro nodig om het hoofd boven water te houden.

Minister van Financiën Jan Kees de Jager is tevreden dat Spanje zijn problemen erkent en dat het Internationale Monetaire Fonds (IMF) het land nu gaat begeleiden. Hij heeft zich voor dat laatste speciaal sterk voor gemaakt, aldus een woordvoerster.

Nederland wil wel eerst goedkeuring van het eigen parlement voor de bijdrage.