Dat zei Leers dinsdag op Schiphol, waar hij met Malmström de vernieuwingen in de grensbewaking bekeek. Malmström wil eerst de andere landen over haar standpunt inlichten. Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Spanje en Finland zien ook wel wat in de expertgroep. Volgens Leers moet het geen club worden die weer 10 jaar gaat zitten studeren, maar een organisatie van mensen uit de praktijk die de problemen en oplossingen van de verschillende lidstaten naast elkaar legt en vergelijkt. Dan kan bijvoorbeeld worden vastgesteld of de hogere Franse inkomenseisen aan gezinnen met meer kinderen ook elders bruikbaar zijn.

Er is in Europa geen meerderheid om scherpere eisen aan gezinsmigratie te stellen op de gebieden inkomen, taal en leeftijd. Leers denkt ook niet dat je „heel Europa met 1 schroevendraaier kunt repareren”. Wel denkt hij dat de unieleden er nu van doordrongen zijn dat integratie een probleem is. Er wordt niet gedeald tussen landen om een en ander voor elkaar te krijgen, zei hij verder: „We zijn niet aan het kwartetten.”

Hij vindt ook dat de landen een evenredig aandeel moeten hebben in de opname van vreemdelingen. Zo zit Duitsland volgens hem aan de top en kan het land het zo ook niet meer volhouden.