Hoewel de aandelenmarkten de afgelopen week licht herstelden van de forse terugval van de voorgaande weken, zijn beleggers nog steeds voorzichtig. De onzekere politieke situatie in Griekenland en de aanhoudende zorgen over de Spaanse bankensector blijven de meeste aandacht opeisen.

Wat Griekenland betreft blijft het afwachten wie op 17 juni de verkiezingen wint. Daarvan zal afhangen of het land doorgaat met de afgesproken bezuinigingen en in de eurozone kan blijven. De vorige stembusgang op 6 mei leverde geen coalitiemogelijkheden op.

Vrijdag werd bekend dat Spanje nog eens 19 miljard euro moet investeren om de noodlijdende bank Bankia te redden. Dat bedrag komt bovenop de 4,5 miljard euro die Madrid eerder in Bankia pompte en waarmee de Spaanse staat voor 45 procent eigenaar werd van de bank.

De problemen in de bankensector bedreigen het economisch herstel in Spanje en zetten de overheidsfinanciën verder onder druk. Spanje heeft al grote moeite om geld te lenen op de kapitaalmarkt. De rente staat al weken boven de door veel economen als onhoudbaar bestempelde grens van 6 procent.

De handelsweek begint waarschijnlijk rustig. Maandag is het Tweede Pinksterdag. Veel handelaren genieten dan nog van een lang weekeinde. In de Verenigde Staten is het bovendien Memorial Day en zijn de effectenbeurzen gesloten.

Vrijdag sloten de Europese beurzen met kleine winsten. Die werden vooral gedragen door belangstelling voor defensieve fondsen, ofwel aandelen in bedrijven die beter in staat worden geacht een economische neergang het hoofd te bieden. Wall Street sloot de week af met een klein verlies, hoewel over de hele week gerekend wel sprake was van herstel.