Deel Volendammers begint eigen proces
De FNV begint namens veertien slachtoffers van de cafébrand in Volendam een aparte bodemprocedure tegen eigenaar Jan Veerman van café De Hemel en de gemeente Edam-Volendam. Zij claimt namens de groep een vergoeding voor onder meer geleden schade en derving van inkomsten door de brand.
De bodemprocedure staat los van de letselschadezaak die advocatenkantoor Beer voert namens de „collectieve” groep van ongeveer 180 gedupeerden. De veertien slachtoffers zijn aangesloten bij de FNV, de andere gedupeerden niet.
De rechtbank in Haarlem kijkt 22 januari naar de eerste stukken van een van de veertien. In de zaak die Beer voert, wordt eerst getracht door het verhoren van getuigen aanvullende feiten over de cafébrand boven water te krijgen.
E. Tuijp, voorzitter van de Stichting Slachtoffers Nieuwjaarsbrand Volendam, kent de beweegredenen van de veertien niet. Hij vermoedt dat zij de stap hebben genomen na advies van de FNV. De vakcentrale wil volgens hem niet samenwerken met het collectief.
Tuijp betreurt het dat de veertien een andere weg bewandelen. „Ik geloof dat je als collectief meer feiten kunt presenteren.” Hij hoopt dat de advocaten van beide groepen de zaken samengevoegd laten behandelen en de rechtbank vragen een vonnis te bepalen.
Voorzitter A. Binken van de Belangenvereniging Slachtoffers Nieuwjaarsbrand Volendam was door een van de veertien ingelicht over het besluit. „Ik vermoed dat hij onze procedure te langzaam vond gaan. Ik betwijfel overigens of deze bodemprocedure de zaak versnelt.”
Ook Binken vindt het jammer dat de veertien het collectief hebben verlaten, omdat de collectieve zaak al ongeveer driekwart jaar aan de gang is. Binken: „Ik had het verstandiger gevonden de krachten te bundelen. Al weet ik dat het in de praktijk moeilijk is de eenheid onder circa 180 gedupeerden te bewaren. Het blijft mijn intentie zo veel mogelijk samen op te treden.”