Vrolijke Verbeet siert vaak saaie debatten op
DEN HAAG (ANP) – Een meisjesdroom kwam uit voor Gerdi Verbeet (PvdA) toen ze in 2006 voorzitter werd van de Tweede Kamer. Ze werd na haar eerste termijn in 2010 herkozen. Andermaal tot haar onverholen blijdschap.
Het is wel duidelijk dat ze van haar functie geniet. Haar vrolijkheid en enthousiasme, haar gewone manier van doen, ze sieren de soms oersaaie en ellenlange debatten op. Tegelijk is ze niet al te nadrukkelijk aanwezig. Ze is ook relativerend en bleef rustig onder de veranderende omgangsvormen in de Kamer.
Gerardina Alida Verbeet, geboren in Amsterdam in 1951, komt uit een „heel politiek bewust gezin.” Ze wijst graag op haar moeder die in 1946 direct lid was geworden van de nieuw opgerichte PvdA. Zij noemt haar moeder een „doorbraaksocialist” en al heel jong ambieerde ze zelf een politieke topfunctie.
Voordat ze de politiek inging, was Verbeet net als haar ouders actief in het onderwijs, onder meer als lerares Nederlands. In de periode 1994 tot 2001 was ze politiek adviseur van PvdA-kopstukken Tineke Netelenbos en Ad Melkert. Maar aan het imago van een sluwe politiek adviseur in de achterkamertjes heeft de goedlachse Verbeet nooit voldaan.
De voormalig docente heeft het vermogen om bewindspersonen vriendelijk maar beslist duidelijk te maken dat ze in de Kamer te gast zijn en goed antwoord moeten geven. „Ik ben ervan overtuigd dat politici letterlijk en figuurlijk duidelijke taal moeten spreken. Helder taalgebruik maakt democratische besluitvorming inzichtelijk”, aldus Verbeet. Ze let op de details. Zo roept ze Kamerleden telkens weer tot de orde als die spreken van ’CDA-minister’ of ’VVD-minister’. Ministers zijn van de regering, doceert Verbeet dan.
Ze maakte het Kamergebouw ook publieksvriendelijker, want het publiek, daar gebeurt het toch allemaal voor. Het was haar een doorn in het oog dat bezoekers geen fatsoenlijke versnapering konden krijgen. Een glossy koffiebar met spannende melanges verrees.
In maart publiceerde ze het boek Vertrouwen is goed maar begrijpen is beter, een boek over ’de vitaliteit van onze parlementaire democratie’.