Fietsen is veilig, ook zónder helm
Fietsen is ontspannend en gezond, maar is het ook veilig?
Hier en daar duiken ze op in het straatbeeld: fietsers die een helm dragen. Het ligt voor de hand dat wielrenners en mountainbikers hun hoofd beschermen, maar heeft het voor alledaagse fietsers zin een helm te dragen?
Als kinderen en jongeren verplicht worden bij het fietsen een helm te dragen, kunnen veel ongevallen worden voorkomen, meent TraumaNet AMC, het samenwerkingsverband van ziekenhuizen die traumazorg bieden in de regio Amsterdam. Vooral voor kinderen tussen de 10 en de 14 jaar is het verplichten van een helm erg belangrijk, stelde J. Goslings, traumachirurg en medisch hoofd van TraumaNet AMC, in 2010 op een symposium over de fietshelm. „Kinderen zijn de kwetsbaarste groep. Ze nemen nog niet zo lang deel aan het verkeer en zijn vaak wat onzeker.” Per jaar worden er circa 26.000 kinderen en jongeren op de spoedeisende hulp behandeld na een ongeluk met de fiets. In ongeveer een kwart van die gevallen is er sprake van hoofdletsel.
Volgens Goslings hebben diverse studies in het buitenland aangetoond dat het aantal ongevallen met 60 tot 88 procent kan worden teruggebracht als het dragen van een fietshelm verplicht is.
De Fietsersbond en Veilig Verkeer Nederland (VVN) maken zich juist zorgen over de negatieve gevolgen van een verplichte helm voor fietsers. De doorsneefietshelm is bedoeld voor klappen tot 20 kilometer per uur. Die slachtoffers hebben meestal weinig letsel. Zwaar letsel ontstaat juist door aanrijdingen met auto’s. Daar komt bij dat fietsers met helm vaker betrokken zijn bij ongevallen dan fietsers zonder hoofdbescherming. Blijkbaar, zo redeneert de Fietsersbond, hebben ouders en kinderen het idee dat een helm beschermt bij aanrijdingen met gemotoriseerd verkeer. Ze nemen daardoor meer risico’s.
Onderzoek in onder meer Australië laat bovendien zien dat mensen bij een verplichte fietshelm hun rijwiel vaker laten staan. De afname van het fietsgebruik deed zich voor in landen waar burgers slechts recreatief of sportief hun rijwiel gebruiken. Met andere woorden: een verplichte fietshelm in Nederland, waar de fiets ook in trek is voor allerlei korte ritjes, zal nog grotere gevolgen hebben.
Een enquête van Veilig Verkeer Nederland van vorig jaar liet zien dat 60 procent van de Nederlanders zijn fiets zal laten staan als het dragen van een helm verplicht is.
Ten slotte concluderen de Fietsersbond en VVN dat promotie van de fietshelm of een helmplicht „ontegenzeggelijk” gepaard zal gaan met een waarschuwing over het gevaar van fietsen. „Dat is zeer ongewenst in een land waar de fiets voor 12 miljoen mensen een heel gewoon, makkelijk, plezierig, veilig en gezond dagelijks vervoermiddel is.”
Genoeg over de voors en tegens van de helm. Om een fietser in het verkeer ook bij duisternis goed te kunnen zien, is deugdelijke verlichting nodig. De verlichting moet aan de fiets, kleding, tas of rugzak zijn bevestigd. Knipperlampjes zijn verboden. Vooral jongeren en studenten tussen de 13 en de 25 jaar rijden nog vaak zonder licht. Het kan slecht aflopen als een automobilist hen over het hoofd ziet.
Overigens is de fietser in Nederland bij wet beschermd tegen gemotoriseerd verkeer. Hij wordt gezien als kwetsbare verkeersdeelnemer. Hoe onrechtvaardig het ook lijkt, de fietser die geen deugdelijke verlichting voert en wordt aangereden door de automobilist, is beschermd. De autobestuurder is hoe dan ook het haasje.
Bij een aanrijding tussen een fietser jonger dan 14 jaar en een auto, is de automobilist nagenoeg altijd aansprakelijk voor alle schade die het kind oploopt. Als het slachtoffer 14 jaar of ouder is, is de automobilist aansprakelijk voor minimaal de helft van de geleden schade. Of de fietser meer krijgt, hangt af van de verkeersfouten van beide partijen en van de zogeheten billijkheid. De automobilist moet altijd de fouten van de fietser bewijzen. In de praktijk blijkt dat uiterst moeilijk.
De vraag of fietsen behalve ontspannend en gezond ook veilig is, kan deels met ja beantwoord worden. Het risico om als fietser slachtoffer te worden van een ernstig ongeval is in Nederland het laagst in de wereld. De gescheiden infrastructuur voor fietsers, zoals vrij liggende fietspaden, draagt daar in grote mate aan bij.
Een kanttekening is echter wel op haar plaats. Een kwart van de dodelijke verkeerslachtoffers is fietser. Hoewel de kans om daadwerkelijk te worden aangereden op de fiets klein is, heeft degene op het rijwiel niet de relatieve veiligheid van blik om zich heen.
Fietsen is gezond
Diverse onderzoeken tonen aan dat voldoende bewegen het risico op gezondheidsklachten reduceert. Over de langere termijn gaat het onder meer om 20 tot 30 procent minder kans op sterfte, circa 40 procent minder kans op hartziekten, 20 tot 25 procent minder kans op een beroerte en 20 tot 40 procent minder kans op borstkanker.
De effecten op korte termijn zijn: minder kans op een depressie, verbetering van de fitheid en vermindering van (ernstig) overgewicht. Hoewel de fietser vooral in de steden wordt blootgesteld aan vuile lucht en de kans loopt op een ongeval, wegen de positieve gevolgen van fietsen daar ruim tegen op.