Consument

Bukken onder de guillotine in Belgische Ardennen

Dromerige dorpjes en drukke steden. Geheimzinnige grotten en grappige dierenshows. De tegenstellingen zijn groot in de Belgische Ardennen. En dat maakt de bestemming net over de grens ideaal voor een afwisselende vakantie.

Gisette van Dalen-Heemskerk
3 April 2012 10:32Gewijzigd op 14 November 2020 20:17
Keurig aangekleed. Foto RD
Keurig aangekleed. Foto RD

De ingang van de grotten bij Remouchamps is niet spectaculair. Sterker nog, de onoplettende toerist zou hem zo voorbijrijden. Want de entree ligt midden in het dorpje, half verscholen achter het VVV-kantoor. De lichte teleurstelling die de vakantieganger zou kunnen bekruipen, is echter snel verdwenen als hij aan de andere kant van het traliehek staat.

De grillige vormen van de immense rotsstenen verrassen steeds weer. In ganzenpas gaat de groep over de smalle paadjes door de grotten heen. Boven de hoofden hangt 40 ton aan steenmassa. Soms gaat het pad langs de ondergrondse rivier. Gidsen bomen in platte schuiten een groepje jongeren terug naar de uitgang. „Berend Botje ging uit varen,“ klinkt het uit een van de schuitjes.

In 1828 liepen de eerste bezoekers rond in de grotten van Remouchamps. Het duurde nog tot 1912 voordat de Kathedraal, de grootste zaal, werd ontdekt. Bezoekers die tegen de klim over de onre-gelmatig uitgehakte, vochtige stenen opzien, mogen van de gids op een bankje uitrusten, want de route terug leidt langs hetzelfde punt. Maar niemand wil het schouwspel missen.

De lichtbundels laten in de 40 meter hoge hal grillig gevormde druipstenen zien. Speciale lichteffecten zetten steeds een ander donker hoekje in de schijnwerpers.

Via een ander pad daalt de groep weer af naar de rivier. Als het veel heeft geregend, staat het water er soms zo hoog dat terugvaren niet lukt. Dat is jammer, want het vaartochtje van een goed kwartier is een belevenis op zich. De handen moeten beslist binnenboord blijven. Zo smal is de doortocht op een aantal plaatsen.

De gids houdt zijn groep nauwlettend in het oog en roept luidkeels grappige, maar wel degelijk serieus bedoelde waarschuwingen. „Bukken onder de guillotine!“ Verschillende rotsblokken hebben in de loop der jaren een naam gekregen. En ja, met een beetje fantasie is er in de forse steen vlak boven het water wel een valbijl te zien. Iedereen legt dan ook gewillig zijn hoofd in zijn schoot. Deze guillotine komt gelukkig niet in beweging.

Knipperend tegen het daglicht staan de toeristen na vijf kwartier weer buiten. Voor gezinnen kan het interessant zijn om ’s morgens vroeg een van de eerste rondleidingen te pakken. Het is namelijk mogelijk om een combinatieticket aan te schaffen voor de grotten van Remouchamps en safaripark Monde Sauvage.

Op doortocht of na afloop van het bezoek aan het dierenpark is het aardig om even te stoppen in een van de dromerigste dorpjes van Wallonië: Deigné. Het gehucht is klein en publiekstrekkers zijn er niet, maar de karakteristieke halfopen boerderijtjes zijn stuk voor stuk fraai gerestaureerd. Bloembakken vol fleurig perkgoed steken fraai af tegen de zandkleurige stenen. Toch lijkt het dorpje maar nauwelijks ontdekt door toeristen.

De vlakbij gelegen dierentuin trekt beduidend meer publiek. Eigenlijk bestaat Monde Sauvage uit twee gedeelten: een safaripark, waar de bezoeker met zijn eigen auto langs de zebra’s en nijlpaarden rijdt, en een gewone dierentuin. In dat gedeelte worden drie shows gegeven. De opvallendste van het drietal is de papegaaienshow. De felgekleurde vogels spelen basketbal, rijden auto en fietsen over een touw. De tijden van de shows zijn goed op elkaar afgestemd. Wie de volièrehal verlaat, komt bijna automatisch in een zeeleeuwenshow terecht.

Na het bewonderen van de wolven en de apen wandelt de bezoeker het roofvogelgedeelte binnen. Een meisje van een jaar of zeven aait een opgezette uil bij de ingang. Grote schrik maar ook hilariteit als het beest opeens beweegt. Niks opgezet. Ook de roofvogelshow is een bezoek meer dan waard. Soms zweven er wel zes gieren tegelijk door de lucht.

Bij de speeltuin staat een dromedaris te wachten op bezoekers. Om een rondje op het dier te mogen rijden, moet een paar euro worden betaald. En dat is voor de meeste ouders na het entreekaartje een brug te ver. Hun telgen malen er niet om. Die geven een aai over de kop van het kleurig versierde dier en gaan een keer extra de glijbaan af. Want een dagje uit en de speeltuin zijn tenslotte onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Sowieso zijn de speeltuinen goed vertegenwoordigd in de Ardennen. Houtopia in Houffalize bijvoorbeeld. Begin juli ligt de speeltuin er ondanks het stralende weer nagenoeg verlaten bij. De schoolreisjes zijn voorbij en de vakantiedrukte moet nog losbarsten. De speeltuin buiten wijkt niet af van de doorsneespeelplaats voor kinderen. Binnen komen leergierige kinderen aan hun trekken. In elf mini-exposities komen ze alles te weten over zintuigen, trekvogels en een gezond ontbijtje.

Bij mooi weer is het gloednieuwe Parc Chlorophylle een aanrader. Het park ligt wat ver van de bewoonde wereld af. Maar net als de automobilist zich vertwijfeld afvraagt of het toch niet beter is om om te keren, komt de royale parkeerplaats in beeld.

Hoogtepunt van het uitgebreide speelbos is de hoge toren met glijbaan en netten waar de kinderen eindeloos in kunnen klauteren. Maar voordat ze daar aankomen, weten ze hoever sommige diersoorten kunnen springen en hebben ze al op een ligbed naar de wolken getuurd om roofvogels te spotten. Leuk en leerzaam, zo’n vakantie in de Belgische Ardennen.

www.belgie-toerisme.nl

www.grottes.be

www.mondesauvage.be

www.houtopia.be

www.parcchlorophylle.com


Oorlog in de Ardennen

Voor de toerist anno 2012 is het moeilijk voor te stellen dat het fraaie heuvellandschap van de Ardennen in de vorige eeuw vele malen oorlogsgebied is geweest. Talloze forten, musea, gedenkstenen en soms ook voertuigen midden in het dorp houden de herinneringen aan deze periodes levend.

In de provincie Luik werd in augustus 1914 en in mei 1940 hevig gevochten. Maar de bekendste strijd die zich er heeft afgespeeld is het Ardennenoffensief in de winter 1944-1945.

Alleen al in de Belgische Ardennen zijn tien oorlogsmusea te vinden. Het Baugnez 44 Historical Center in Malmedy is een relatieve nieuwkomer. In 2008 gingen de deuren van dit museum open. In zestien scènes geeft het een beeld van de verschrikkingen die zich tijdens het Ardennenoffensief hebben afgespeeld.

De blijdschap spat bijna uit de eerste vitrine.

Zelfs Bastogne is al bevrijd. De kinderen krijgen snoep en kauwgom van de bevrijders. Maar dan komt de Duitse tegenstand. Al snel worden de beelden van de tentoonstelling grimmiger. En dan wordt het 16 december 1944. Hitler lanceert op die datum een grootscheeps tegenoffensief. Commandant Peiper krijgt als opdracht de bruggen over de Maas te veroveren. Rond het middaguur steekt een Amerikaans konvooi –een dertigtal voertuigen– het kruispunt van Baugnez over. Op dat moment stuit het op de troepen van Peiper. De overmacht blijkt te groot, daarom geven de Amerikanen zich over. Tegen de Geneefse conventies in beroven en vermoorden de SS’ers de Amerikaanse krijgsgevangenen. De kruising was niemandsland. Pas nadat de geallieerden het gebied hebben veroverd, worden er op 14 januari meer dan tachtig lichamen gevonden. Slechts 43 mannen overleven het bloedbad.

Het museum staat vlak bij de kruising waar de moordpartij plaatsvond. Naast de doorgaande weg is een monument te vinden. Op elke zwarte steen in de lange muur staat een naam van een omgekomen soldaat. „Tegen het vergeten!“ meldt een folder.

www.baugnez44.be

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer