Recensie: Easter Oratorio door Brüggen
Johann Sebastian Bach schreef in 1725 een wereldlijke cantate voor de hertog van Weisenfels, als verjaardagscadeau. Ruim een maand later werd deze muziek opnieuw uitgevoerd. Nu met gewijzigde tekst en nieuwe recitatieven, geschikt voor paaszondag. Ziedaar: het Osteroratorium BWV 249 was geboren.
Dit enigszins verwaarloosde oratorium is een juichend muziekstuk. Het is geen echt oratorium zoals de Matthäus Passion of de Johannes Passion. Er is geen evangelist die de tekst uit de Bijbel reciteert. De soli en recitatieven worden niet afgewisseld met koralen. Het werk sluit meer aan bij de Italiaanse dramatische oratoriumtraditie.
Drie natuurtrompetten en pauken zorgen voor een feestelijke begeleiding. Voor de trompetten was het wel beter geweest als de opname niet live zou zijn. De zuiverheid en het tempo waren bij een heropname zeker beter geworden.
Het orkest van Frans Brüggen is met meer dan dertig leden wel erg groot als begeleidingsorkest. Maar ze musiceren prima! Zoals we dat van hem gewend zijn zingt Cappella Amsterdam het begin- en eindkoor van het oratorium heel evenwichtig en expressief.
Het slotkoor is een bevestiging van het christelijk geloof: „Eröffnet, ihr Himmel, die prächtigen Bogen,/ Der Löwe von Juda kommt siegend gezogen!” De retoriek die in Bachs muziek een grote rol speelt komt expressief naar voren in de tenorsolo ”Sanfte soll mein Todeskummer”, begeleid door twee blokfluiten, gedempte violen en een indrukwekkende baspartij op de fagot.
De cd begint met drie stukken voor orgel en orkest. Het zijn instrumentale gedeelten uit twee cantates: BWV 35 en 156. Solist is Pieter-Jan Belder, die de kunst van orgelspelen verstaat.
Johann Sebastian Bach – Easter Oratorio, BWV 249 – Cappella Amsterdam en Orchestra of the Eigtheenth Century o.l.v. Frans Brüggen; Glossa (GCD 921115); € 17,50; www.orchestra18c-webshop.com
Orchestra of the Eighteenth Century
Cappella Amsterdam
Markus Schäfer, tenor