Hoogleraar: Ook patiënt uit christelijke kring wil het allemaal zelf doen
UTRECHT – Hij behoort tot een christelijke minderheid, maar een eenling in de academische ziekenhuiswereld zou hoogleraar kinderlongziekten dr. C. K. van der Ent zich zeker niet willen noemen. „Het ”mijn tijden zijn in Uw hand” wordt ook onder ons nauwelijks nog beleefd.”
„Leer elkaar kennen en zoek elkaar van tijd tot tijd op.” Dat is het advies dat Van der Ent christenartsen en -verpleegkundigen wil meegeven. Dat collega’s hem ronduit laten weten dat hij met zijn Bijbels genormeerde opvattingen eigenlijk niet in hun ziekenhuis thuishoort, maakt hij eigenlijk nooit mee. „Maar”, zegt de specialist, verbonden aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht, „met mijn senioriteit ben ik misschien niet helemaal representatief. Ik denk dat het innemen van principiële standpunten die haaks staan op de hedendaagse ethiek in de ziekenhuiswereld soms best tot heftige reacties kan leiden. Zeker in lastige situaties geldt dan: gedeelde smart, is halve smart.”
De arts brengt zijn oproep contact te onderhouden zelf in de praktijk. Van der Ent hecht aan een periodieke lunchafspraak met twee, drie andere specialisten buiten zijn vakgebied in het ziekenhuis met wie hij zich één voelt als het gaat om christelijke uitgangspunten. Én aan contacten met christelijke vakgenoten in Amerikaanse ziekenhuizen. „De 7000 die de knie voor Baäl niet gebogen hebben, zijn er ook nog in de zorg.”
Het voortdurend geknabbel aan de wettelijke begrenzing van actief levensbeëindigend handelen, blijft om bezinning vragen, aldus Van der Ent, „net als de tendens om menselijk leven te creëren waar en wanneer het uitkomt, bijvoorbeeld met behulp van eiceldonatie en donorbanken. Maar niet minder de grensverleggende hightechontwikkelingen en de vraag hoe daarmee om te gaan. Als de leidende gedachte op de intensive care is dat het ons eens zal lukken de berg te bedwingen, kan er heel veel. Maar wat hebben we op het oog? Zijn we een patiënt aan het behandelen, of staan we rond een organisme waarmee we experimenteren? De vraag welke grenzen we mogen stellen, blijft onder ons echt onderbelicht.
Nadat artsen mijn vader hadden verteld dat in zijn lichaam allerlei uitgezaaide kwaadaardigheid was geconstateerd, zag hij rustig maar ook beslist af van allerlei laatste behandelingen, waarvan onduidelijk was wat ze zouden opleveren. Hij zei: Ik denk niet dat dat nodig is, en hij is in vrede gestorven. Die beleving van het ”mijn tijden zijn in Uw hand” is helemaal weg, ook in onze gezindte. Ook wij willen het allemaal zelf doen.”
In Gouda wordt vrijdagavond aan de vooravond van biddag een bezinningsbijeenkomst gehouden over verontrustende maatschappelijke trends. Vandaag het slot in een serie: Medische ethiek.
Klik hier voor een link naar de live-audio-uitzending die wordt verzorgd door de Reformatorische Omroep.