Een fraaie zetting van Resinarius (ca. 1486-1546), gespeeld met de Vox Humana en de Trompet, dient als inleiding. De hoofdrol is voor J. S. Bach. Zijn Toccata, adagio en fuga (BWV 564) vormt de opmaat voor drie grote bewerkingen over ”Allein Gott in der Höh sei Ehr” uit de ”Achtzehn Choräle”. Vervolgens klinkt van Hugo Distler de grootse partita over ”Nun komm” uit 1932, door Peter Westerbrink in het prima cd-boekje treffend getypeerd: enerzijds zakelijk en objectief, anderzijds zeer geladen, gedreven en soms bijna extatisch. Het werk is een prachtige combinatie van eenvoud en kleinschaligheid in de vormen (Toccata, Choral mit Variationen, Chaconne), transparantie, levendige ritmes en pregnante, signaalachtige motieven die maximaal worden uitgebuit. Het klinkt geweldig op de oude Schnitger.

Met twee koraalbewerkingen over ”Nun komm” van Bach krijgt het thema verder gestalte. De Praeludium et Fuga in C (BWV 547) zorgt voor een feestelijk slot van de cd.

In haar technisch verzorgde spel streeft Lub hoorbaar naar maximale expressie. Ritmische contrasten worden extra aangezet, belangrijke noten krijgen veel accent. Deze nadrukkelijkheid en de focus op detail, duidelijker hoorbaar dan de aandacht voor de grotere lijnen, veroorzaken soms wat onrust in haar spel. Het instrument in Noordbroek heeft in zijn klankkleur al zo veel eigen karakter en uitdrukkingskracht dat de bespeler zich heel bescheiden kan opstellen!

Veni redemptor gentium – Leonore Lub, Arp Schnitgerorgel Noordbroek; Stichting Internationale Orgelakademie Groningen (SIOG 201104); € 17,-; bestellen: www.schnitgerorgel.nl