Lunterse notaris geëerd om barmhartigheid
LUNTEREN – Honderd jaar geleden schonk notaris J. H. T. W. van den Ham de inwoners van Lunteren een eigen bos. Woensdag werd deze notabele postuum geëerd met de onthulling van zijn renoveerde grafsteen.
„Het is de moeite waard om notaris Van den Ham in het zonnetje te zetten, al zal hij het zelf waarschijnlijk te veel eer gevonden hebben”, vertelt Janus van Tilburg, bestuurslid van de stichting Het Luntersche Buurtbosch. De stichting werd opgericht nadat de notaris op 15 januari 1912 overleed. De 130 hectare bos die de kinderloze Van den Ham naliet moest dienen „ten voordeele en nutte van het dorp Lunteren”, zo staat geschreven in zijn testament.
Ruim zeventig belangstellenden kwamen woensdag naar het Meestershuis aan de Dorpsstraat in Lunteren, voorafgaand aan de onthulling van het grafmonument. Het Meestershuis –pal naast de Oude Kerk en eigendom van de hervormde gemeente– was geen willekeurig gekozen locatie. Schuin tegenover dit pand woonde de notaris ruim vijftig jaar, tot hij 1912 op 89-jarige leeftijd stierf.
De notaris had een sterke band met de kerk, aldus W. van Leussen, tot vorig jaar kerkrentmeester van de hervormde gemeente. „Ik ging bij ouderen langs, wier ouders notaris Van den Ham persoonlijk gekend hebben, en vroeg hun of de notaris ooit in de kerkenraad heeft gezeten. Ze achtten dat allen zeer onwaarschijnlijk. Toch blijkt uit de kerkenraadsnotulen dat Van den Ham zelfs meerdere perioden ouderling is geweest. Waarschijnlijk was hij ook scriba, maar dat is niet in de stukken terug te vinden.”
In ieder geval is Van den Ham nauw betrokken geweest op de kerk. Van Leussen: „De visie van Van den Ham dat kerk en samenleving elkaar nodig hebben, past goed in de negentiende-eeuwse traditie van particuliere barmhartigheid.”
Die particuliere barmhartigheid van de notaris blijkt wel uit het feit dat hij een jaar voor zijn dood een perceel bos en een weiland van 3,25 hectare schonk aan de Vereeniging tot bevordering der belangen van slechthoorenden. Op dit stuk grond aan de Barneveldseweg moest een vakantieoord komen voor doven en slechthorenden. Inmiddels was Van den Ham ook slechthorend geworden, vertelt Van Tilburg.
Om de landbouw in Lunteren te moderniseren, richtte Johan van den Ham in 1873 de Luntersche Tuinbouwvereniging op. Hij kweekte onder andere de lemoenappel, ook wel de notarisappel genoemd. Verder verbeterde hij aardappelrassen en frambozen. „In 1902 werd hij koninklijk onderscheiden voor dit werk”, aldus Van Tilburg.
Nadat het gezelschap is bijgepraat over het leven van de notaris gaat het in een lange optocht naar zijn laatste rustplaats op de Oude Begraafplaats aan de Achterstraat. Het graf van zijn vrouw Diderika Wilhelmina Wilbrink ligt er pal naast, met aan de andere kant de laatste rustplaats van zijn broer Petrus, van wie Diderika weduwe was toen ze met Johan trouwde.
De grijze steen is tijdens de renovatie overdekt met een granieten plaat, met daarop de naam van Van den Ham en de jaartallen 1912-2012. Ab Welgraven, voorzitter van stichting Het Luntersche Buurtbosch, leest tijdens de korte plechtigheid voor uit de laatste wilsbeschikking van de notaris en vertelt daarna over de renovatie van de steen. Door weersinvloeden was de steen zo beschadigd dat het graf aanvankelijk niet eens kon worden teruggevonden. De gemeente Ede hielp met de zoektocht, waarna de renovatie kon starten. Op de begraafplaats is de steen van Van der Ham dankzij de stichting aan de vergetelheid ontrukt. Sterker nog: het graf van deze weldoener kan niemand meer ontgaan.