„Fusie GG en GKV Papoea ligt voor de hand”
KAMPERVEEN – „Om hun voortbestaan te waarborgen, ligt het voor de hand dat de GJPI, de kerk op het Indonesische eiland Papoea die is ontstaan uit zendingswerk van de Gereformeerde Gemeenten, en de GGRI-P, de zendingskerk van de gereformeerd vrijgemaakten, op termijn fuseren.”
Dat stelt dr. Gerrit de Graaf. De 31-jarige Kampervener promoveert donderdag aan de Theologische Universiteit in Kampen (Broederweg) op een historisch onderzoek naar de culturele interactie tussen gereformeerd vrijgemaakte zendelingen en Papoea’s.
De promovendus schetst in zijn dissertatie, waarin ook het zendingswerk van de Gereformeerde Gemeenten aan de orde komt, dat er veel overeenkomsten zijn tussen de Gereja Jemaat Protestan di Indonesia (GJPI) en de Gereja-Gereja Reformasi di Indonesia Papua (GGRI-P). Deze overeenkomsten rechtvaardigen samenwerking, stelt hij.
Van de overeenkomsten is men zich op Papoea ook bewust, weet De Graaf, lid van de Gereformeerde Bondsgemeente in Kamperveen. Al in 1996 concludeerden de kerken op een gezamenlijke vergadering dat er slechts „twee kleine verschillen” zijn: de liturgie (in de GGRI-P worden er in de eredienst naast de psalmen ook geestelijke liederen gezongen) en de hoeveelheid deputaatschappen. „Het overige is vooral een feest der herkenning.”
In zijn studie somt De Graaf enkele overeenkomsten op: de tucht wordt in beide kerken streng gehandhaafd, de Drie Formulieren van Enigheid worden als leidend beschouwd, de liturgie is eenvoudig en voor vrouwelijke ambtsdragers is geen plaats.
De wederzijdse herkenning resulteerde er onder meer in dat beide kerken elkaar beschouwen „als de enige twee orthodox-protestantse zendingen op Papoea.” Verder is men aanwezig op elkaars synodes en maakt men dankbaar gebruik van lesmateriaal dat door docenten van beide theologische opleidingen wordt geproduceerd.
Het is opvallend dat over de intensieve samenwerking op Papoea nauwelijks is gecommuniceerd met het thuisfront, stelt De Graaf vast na archiefonderzoek. „Slechts eenmaal valt te lezen hoe de vrijgemaakte zendeling ds. J. Klamer een aantal kruiwagens leent van ds. G. Kuijt (zendingspredikant van de Gereformeerde Gemeenten, red.). Daar blijft het ongeveer bij.”
De historicus verklaart het langdurige stilzwijgen door te wijzen op de Nederlandse situatie: „Samensprekingen tussen beide kerkverbanden in Nederland liggen niet voor de hand. De verbondsvisies vertegenwoordigen uitersten binnen het gereformeerde spectrum.”
Naast genoemde overeenkomsten zijn er overigens ook praktische argumenten die pleiten voor een toekomstige fusie, verklaart De Graaf desgevraagd. Beiden denominaties zijn erg klein. De GJPI en GGRI-P tellen respectievelijk zo’n 11.000 en 8000 leden. De kerken zijn bovendien actief in een marginaal gebied van Papoea en het opleidingsniveau van de leden is laag. „Het is hoogst onwaarschijnlijk dat de beide kerkjes het zonder bekwame leiding lang zelfstandig volhouden. Door een fusie is de kans op voortbestaan aanzienlijk groter.”
Bijkomend voordeel is dat de regio’s waarin de kerken actief zijn, door evangelisatiewerk van de GJPI sinds enige tijd aan elkaar grenzen. Geografisch zijn er daarom ook geen onoverkomelijke belemmeringen meer, aldus De Graaf.
Het Indonesische eiland Papoea telt zo’n 2,8 miljoen inwoners, van wie 1,5 miljoen inheemse Papoea’s. In tegenstelling tot de rest van Indonesië is het overgrote deel van de inwoners van Papoea christen (82 procent), het merendeel protestant. De hoofdstad van de provincie is Jayapura.