Muziek

Kansarme kinderen in Den Haag maken muziek

Ze groeien op in achterstandsgezinnen. Thuis is er geen belangstelling én geen geld voor muziekles. Toch bespelen veertig kinderen uit de Haagse Schilderswijk sinds kort een instrument. Met dank aan het Residentie Orkest.

Evert van Dijkhuizen
27 February 2012 09:17Gewijzigd op 14 November 2020 19:35
Veertig kinderen uit de Haagse Schilderswijk bespelen sinds kort een instrument. Foto Frank van Rossum
Veertig kinderen uit de Haagse Schilderswijk bespelen sinds kort een instrument. Foto Frank van Rossum

Het is warm in de conversatiezaal van verzorgingshuis Eykenburg in de Van Limburg Stirumstraat. Bejaarde bewoners mengen zich met jonge, veelal allochtone vaders en moeders. Op het te kleine podium verdringen zich veertig kinderen met hun violen, klarinetten, fluiten en trompetten. Deze maandagmiddag geven ze hun eerste optreden. Op de voorste rij van het publiek zit een vriendelijk lachende oude baas, z’n camera op statief naast hem in de aanslag.

Dirigente Marieke Meliesie, gewapend met gitaar, vuurt het jonge, kleurrijke muziekgezelschap enthousiast aan. ”Wij zijn het orkest”, heet het openingsnummer. De blanke en de bruine kinderen zingen de pannen van het dak en bespelen op aanwijzing van de dirigente hun instrument. De toonhoogte mogen ze zelf kiezen, akkoorden zijn niet belangrijk, noten kunnen ze nog niet lezen. Alleen het speelplezier telt. De cameraman op de eerste rij zingt Schuberts Träumerei zacht en licht vibrerend mee. Om de kids nóg meer te stimuleren, laten ook de vijf docenten een paar nummers horen.

Het optreden in het verzorgings­huis is onderdeel van het project ”The Residents”, dat begin januari startte. Het doel is Haagse kinderen in kansarme buurten, optimistisch ”prachtwijken” genoemd, aan het muziek maken te krijgen. Initiatiefnemer is het Residentie Orkest in Den Haag. Die zocht daarvoor contact met twee basisscholen in de hofstad: ’t Palet, met twee vestigingen, en de Gelderlandschool.

In totaal doen 150 kinderen uit de groepen 5, 6 en 7 aan het project mee. Ze krijgen elke maandag- of donderdagmiddag, na schooltijd, eerst drie kwartier les op hun zelfgekozen instrument, vervolgens drie kwartier orkestles. De lessen worden verzorgd door leden van het Residentie Orkest en medewerkers van het Koorenhuis, een Haagse instelling voor kunst en cultuur.

Debbie Coninck Westenberg, coördinator cultuureducatie op basisschool ’t Palet, is enthousiast over het project. „Ik heb zelf als theatermanager bij het Residentie Orkest gewerkt. Het orkest is al langere tijd bewust bezig met projecten om kinderen te interesseren voor klassieke muziek. Het laat bijvoorbeeld kinderen naar een repetitie in de Dr. Anton Philips­zaal komen, maar zoiets blijft een incidenteel bezoek. Het orkest zocht naar een project met meer diepgang en blijvende waarde.”

Toen het Residentie Orkest bij ’t Palet aanklopte om samen iets van de grond te tillen, hoefde Coninck Westenberg niet lang na te denken. „Juist kinderen in een buurt als de Schilderswijk komen thuis niet of nauwelijks in aan­raking met klassieke muziek en het bespelen van een instrument. Het hoort in dit milieu gewoon niet bij de opvoeding en er is geen geld voor. Daarom vind ik dit project zo positief. Het biedt deze kinderen een kans die ze normaal gesproken niet krijgen.”

De muzieklessen worden aangeboden aan kinderen in de groepen 5, 6 en 7. Groep 8 valt bewust buiten de boot, zegt Coninck Westenberg. „We willen graag over een langere termijn meten wat de resultaten van dit project zijn. De kinderen van groep 8 gaan dit jaar al weer van school af.” Ze is verbaasd over de grote belangstelling van de ouders voor het eerste optreden. „Zo veel vaders en moeders had ik niet verwacht, gezien de achterban van de school.”

De Haagse cultuurinstelling het Koorenhuis speelt een belangrijke rol bij het leveren van de muziekinstrumenten voor ”The Residents”, zegt woordvoerder Aad de Been. „We hebben een actieve vriendenstichting, die geld voor het project heeft gedoneerd. Daarnaast zijn wijzelf als het Kooren­huis gestopt met de verhuur van instrumenten. We hadden een behoorlijk depot; alle instrumenten zijn naar de kinderen gegaan. Verder heeft een aantal leden van het Residentie Orkest zijn oude instrumenten geschonken. Alles bij elkaar hebben we het over 15.000 euro aan instrumenten.”

Medewerkers van het Koorenhuis én leden van het Residentie Orkest zijn naar de basisscholen gegaan om hun instrument te presenteren. De Been: „Ze hebben voorgespeeld en verteld over hun werk als muzikant om de kinderen lekker te maken. Daarna mochten de kinderen zelf een instrument kiezen. In bijna alle gevallen hebben we die keus kunnen honoreren. Dat is bijzonder. Overigens kozen opvallend veel kinderen voor de hoorn. Blijkbaar heeft degene die dat instrument presenteerde erg goed z’n best gedaan.”

De lessen zijn voor de kinderen gratis. De docenten krijgen een vergoeding en worden bijgeschoold. De Been: „De meesten zijn niet gewend met jonge kinderen te werken en ook niet om voor grotere groepen te staan. Daar worden ze in getraind.” Het grote doel van het project is volgens De Been „kinderen gevoel voor schoonheid bijbrengen en ontvankelijk maken voor muziek. De gemeente Den Haag steunt dit doel en werkt financieel mee.”

Het Residentie Orkest heeft ook een eigen belang, zegt De Been. „Het orkest raakt in snel tempo het contact met kinderen, met jongeren kwijt. Klassieke muziek is niet populair bij de opgroeiende generatie. Dat is mede het gevolg van het feit dat er op basisscholen geen goed muziekonderwijs meer wordt gegeven. Om die reden zijn we in Den Haag een experiment gestart met vier basisscholen. Er wordt één uur per week door een professional muziekles gegeven in groep 1 en 2. Het is verbazend wat je kinderen allemaal kunt leren op muziekgebied. Het ministerie van Onderwijs volgt het experiment, om te kijken of het ook op andere plaatsen ingezet kan worden.”

De kinderen die aan het project meedoen, mogen hun instrument meenemen naar huis, zegt Sandra Karten van het Residentie Orkest. „Daar zit natuurlijk een risico in, daarvan zijn we ons bewust. Daarom moeten de ouders én de kinderen een contract tekenen met duidelijke afspraken over hoe ze met het instrument moeten omgaan. Eventuele schade dienen ze direct te melden. Tot nu toe gaat het goed. De kinderen voelen zich verantwoordelijk voor hun instrument.”

Om het speelplezier erin te houden, streeft de organisatie naar „één keer per twee maanden” een optreden. „Eind dit jaar willen we de kinderen ook een keer naar de Dr. Anton Philipszaal laten komen”, zegt Karten. „Dan gaan we daar een echt concert geven. Dat is natuurlijk helemaal geweldig.” Ze voelt zich geïnspireerd door „een groot voorbeeld” ver weg. „In Venezuela draait al jaren dit soort projecten met duizenden kinderen. Wat voor ons het maximum is? Ik weet het niet, maar droom van zo veel mogelijk kinderen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer