Volgens het humanitaire bureau van de VN zijn er ongeveer evenveel mensen in Mali zelf op de vlucht (61.400) als dat er mensen veiligheid zoeken over de grenzen met buurlanden (65.000). In het noorden van Mali woonden volgens een telling uit 1991 ruim 450.000 Toearegs.

Veel van de vluchtelingen ontbreekt het aan voedsel, water en sanitaire voorzieningen. De VN vragen daarom 26,5 miljoen euro noodhulp aan de internationale gemeenschap.

De bloedige onlusten en de vluchtelingenstromen komen op een uiterst ongelegen moment. De VN bereiden zich op dit moment voor op een lange hongerperiode in het hele Sahelgebied, omdat de oogst vorig jaar grotendeels is mislukt. Anderhalve week geleden meldden de VN dat er op korte termijn 552 miljoen euro door de internationale gemeenschap moet worden opgehoest, om te voorkomen dat er massaal honger uitbreekt.

Niet alleen in het noorden van Mali is sprake van grootschalige onlusten, ook in het noorden van Nigeria zijn etnische spanningen. Al die onrust zorgt ervoor dat grote delen van de Sahel moeilijk toegankelijk zijn voor hulpverleners.

Er is geen onafhankelijke berichtgeving uit het oorlogsgebied in Mali. Het is dan ook onbekend hoeveel doden en gewonden

er vallen. Maar alleen al bij een slag om de stad Aguelhoc zouden zeker tachtig doden gevallen zijn.

Het regeringsleger liet zich halverwege januari overvallen door de ongekend heftige opstand onder Toearegs, maar keert zich nu met hulp van het Franse Vreemdelingenlegioen tegen de rebellen. Numeriek en qua vuurkracht is het regeringsleger veel machtiger, maar de Toearegs voelen zich beter thuis in het uitgestrekte woestijngebied.

Dit is al de vierde opstand onder Toearegs sinds de jaren zestig. Deze keer zijn de Toearegs beter bewapend dan ooit. Dat komt doordat veel rebellen zwaar wapentuig uit Libië hebben.