Dat meldden verschillende media eerder deze week. De pianist overleed in zijn woonplaats Lugano in Zwitserland.

Weissenberg werd in 1929 in Sofia (Bulgarije) geboren, maar woonde het grootste deel van zijn leven in het buitenland. Naar verluidt hebben zijn liefde en talent voor muziek zowel hem als zijn moeder gered toen zij tijdens de Tweede Wereldoorlog in een concentratiekamp belandden. In het kamp zou de jonge Weissenberg een muziek minnende nazi zo bekoren met zijn accordeonspel, dat deze hem en zijn moeder in het geheim liet ontsnappen richting Istanboel. Uiteindelijk zijn ze gevlucht naar Israël.

De carrière van Weissenberg bloeide op toen hij in 1946 vertrok naar Amerika. Een jaar later maakte hij zijn solodebuut in New York. Hij trad daar op met het Philadelphia Orchestra onder leiding van George Szell in het derde pianoconcert van Rachmaninov. Na tien jaar verhuisde hij naar Frankrijk en werd Frans staatsburger.

Zijn plaatopname van de pianosonate van Liszt in het begin van de jaren zeventig wordt algemeen beschouwd als een van de meest lyrische binnen een discografie die bestaat uit ten minste 75 opnamen. Weissenberg is ook bekend geworden door zijn expressieve uitvoeringen van werken van Schumann en Rachmaninov.

Weissenberg musiceerde tot op hoge leeftijd. Zijn optredens werden gerekend tot de beste van de 20e eeuw. In een condoleancebrief noemt de Bulgaarse minister van Cultuur Weissenberg „een van de grootste kunstenaars van de twintigste eeuw, een pianovirtuoos en wereldberoemde docent van Bulgaarse afkomst.”