Estland wil oud-SS’ers als vrijheidsstrijders eren
TALLIN – De regering van EU-lidstaat Estland wil oud-leden van de Waffen-SS officieel erkennen als „vrijheidsstrijders”. Een wetsvoorstel daartoe zal in maart worden voorgelegd aan het parlement in Tallinn en lijkt te kunnen rekenen op een meerderheid van de stemmen. Dat berichten verschillende Duitse media donderdag.
Voormalige leden van de Waffen-SS staan in Estland in hoog aanzien. De Esten, die samen met de Letten en Litouwers in 1940 gedwongen werden ingelijfd bij de Sovjet-Unie, zien de oud-SS’ers vooral als strijders tegen de communistische dictatuur en niet zozeer als handlangers van Adolf Hitler. Vandaar dat ze in eigen land elk jaar officieel worden geëerd, wat de nodige oud-SS’ers en neo-nazi’s uit andere Europese landen trekt.
Minister van Defensie Mart Laar is er alles gelegen om het wetsvoorstel door het parlement te krijgen. „Iedereen die voor de bevrijding van Estland heeft gevochten, moet worden geëerd en er is geen reden om daarbij de groep van SS-leden uit te sluiten”, aldus de minister.
Eerdere pogingen om de voormalige SS-leden de status van ”vrijheidsstrijders” te geven, mislukten in 2005, 2006 en 2010. De kans op succes lijkt ditmaal echter groot aangezien het wetsvoorstel deel uitmaakt van het regeerakkoord van de rechtse regeringscoalitie, die vorig jaar onder leiding van premier Andrus Ansip aantrad.
Kritiek op de voorgenomen wet komt er niet alleen vanuit Moskou, dat het voorstel onacceptabel en blasfemisch heeft genoemd, maar ook uit de Estse samenleving zelf. De wet zou de spanningen met de Russische minderheid in het land verhogen.