Hopen, misschien tegen beter weten in
Het einde van het jaar is traditiegetrouw een tijd van terugblikken en vooruitkijken. Maar welke kant we ook op kijken, de stemming is overwegend negatief. Het consumentenvertrouwen zakte in december tot min 37. Zo somber waren we zelfs niet tijdens de grote recessie van 2009.
In veel opzichten was 2011 dan ook een rampjaar. Het natuurgeweld in Japan, Thailand en de Hoorn van Afrika, de antiregeringsopstanden in het Midden-Oosten, de aanslagen in Oslo en Luik en, dichter bij huis, de schietpartij in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn: al die gebeurtenissen eisten veel slachtoffers. In economisch opzicht was het vooral de schuldencrisis in een aantal Europese landen die somber stemde.
Een grote meerderheid van de ondervraagden in de economische vertrouwensenquête van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verwacht dat de economische situatie in Nederland volgend jaar slechter wordt. Over de eigen financiële situatie in het komende jaar waren zij nog nooit zo somber, meldde het CBS. We hebben volgend jaar minder te besteden: de overheid moet bezuinigen, de werkloosheid neemt waarschijnlijk toe en de pensioenen staan onder druk. Al met al geen gunstige vooruitzichten.
Maar met het vertrouwen in de economische en financiële situatie zijn we ook het vertrouwen in mogelijke oplossingen verloren, lijkt het. Uit een peiling van Maurice de Hond na afloop van de eurotop op 8 en 9 december blijkt dat bijna de helft van de ondervraagden niet meer gelooft in een oplossing voor de eurocrisis.
Erger is misschien nog wel dat we behalve het vertrouwen ook de hoop op een oplossing dreigen te verliezen. De helft van de mensen die naar hun mening werd gevraagd, zei dat we nooit met de euro hadden moeten beginnen.
Ik begrijp die zorg wel. De uitdagingen waar we in de eurozone voor staan, zijn groot. De oplossing kost miljarden en daar zien we misschien maar een gedeelte van terug. Logisch dat men daar eens goed over na wil denken.
Die miljarden zijn natuurlijk zo gespaard. We laten de boel de boel en voeren de gulden weer in. De Grieken en de Portugezen bijvoorbeeld mogen voortaan hun eigen boontjes doppen. Moeilijk is dat niet, het draaiboek ligt al klaar. Een andere munt invoeren hebben we immers al eens eerder gedaan. Dit keer is het zelfs nog eenvoudiger, want de gulden is alleen van ons.
De Hollandse florijn wordt natuurlijk een sterke munt, want ons land staat er goed voor. Da’s lekker voordelig, want producten uit het buitenland zijn zo een stuk goedkoper. Nee, dat was tien jaar geleden wel anders! Bij de invoering van de euro werd alles veel duurder, weet u nog?
Zo bezien is het niet zo vreemd dat 35 procent van de ondervraagden aangaf het eens te zijn met de stelling dat Nederland weer een eigen munt moet invoeren. Maar dat is niet het hele verhaal. De Nederlandse economie is erg afhankelijk van de export. De thuismarkt in ons kleine landje is gering van omvang. Toch zijn we de zeventiende economie van de wereld. Dat is mogelijk doordat Nederlandse ondernemers moeiteloos opereren op buitenlandse afzetmarkten.
Moeiteloos, want een belangrijk deel van onze uitvoer is bestemd voor andere EU-landen waarmee wij de interne Europese markt delen. Onze belangrijkste handelspartners zijn bovendien bijna allemaal lid van de eurozone. Dat betekent dat de Nederlandse producten en diensten in die landen gewoon in de eigen valuta worden afgerekend.
De handel met het buitenland zorgt ervoor dat de Nederlandse economie kan blijven groeien. De Europese integratie draagt zo bij aan onze welvaart. De euro is niet alleen maar een munt. Het is de kroon op het werk van ruim vijftig jaar Europese integratie. De miljarden die het mogelijk kost om de euro te redden, vallen in het niet bij die economische voordelen.
Er kan nog veel misgaan, Maar stel dat dat niet gebeurt? Dat kan. Stel dat we straks kunnen terugkijken op 2011 als het jaar waarin de eerste stappen werden gezet naar een hechtere Europese eenheid? Een eenheid die ons in de jaren daarop nog veel meer zou opleveren. De kosten van vandaag zijn dan snel vergeten. En: hopen kost niets, maar levert in ieder geval meer op dan de negatieve spiraal van nu. Dat is mijn goede voornemen voor 2012!
De auteur is senior econoom bij Rabobank Nederland.