Voorzitter Henry Konijn van de stichting die zich landelijk hard maakt voor winkeliers die zich verzetten tegen meer koopzondagen, bevestigde dat vanmiddag tegenover het Reformatorisch Dagblad.

De gemeenteraad van Roosendaal stemde op 2 november in met een voorstel van het College van B&W om volgend jaar de koopzondagen vrij te geven. Alle fracties (inclusief het CDA) in de raad, met uitzondering van GroenLinks en SP, stemden hiervoor.

Volgens de Stichting maakt Roosendaal echter misbruik van de toerismebepaling in de Winkeltijdenwet die het mogelijk maakt voor toeristische gemeenten om meer koopzondagen toe te staan dan het reguliere jaarlijkse maximum van twaalf.

Zo is volgens Konijn Roosendaal „helemaal niet toeristisch” en heeft de gemeente verzuimd om, zoals de wet voorschrijft, de belangen van kleine winkeliers mee te wegen in haar oordeel. Konijn: „Men zegt een onderzoek te hebben gehouden, maar geen van de winkeliers die ik gesproken heb, weet daar iets van. Dat kan dus nooit een goed onderzoek zijn geweest”, aldus Konijn.

Hij stelt dat het vooral „de supermarkten en de grootwinkelbedrijven” zullen zijn die „de vruchten plukken” van een vrije koopzondag in Roosendaal. „Kleine en zelfstandige winkeliers zullen daarvan de dupe, worden omdat zij geen mogelijkheden hebben om zeven dagen per week open te zijn”, aldus Konijn.

Op dit moment kent Roosendaal nog een maximum van vijftien koopzondagen per jaar, met een speciale uitzondering voor het outletcentrum Rosada. Daar mogen de winkels iedere zondag open. Als het aan de Stichting ligt, komt ook aan dit privilege voor Rosada een einde.

In een onderzoek dat het Centraal Planbureau (CPB) in 2009 –in opdracht van toenmalig CDA-minister Van der Hoeven– deed naar de gevolgen van de vorig jaar aangescherpte Winkeltijdenwet, stelde het CPB al dat de aangescherpte wetgeving ertoe zou kunnen leiden dat plaatsen als „Almere, Amsterdam-Zuidoost en Roosendaal” op basis van de nieuwe wet mogelijk hun extra koopzonagen zouden zien verdwijnen.

In de achterliggende jaren werden de extra koopzondagen in Roosendaal wegens een „gebrek aan toerisme” al meermaals aangevochten door de plaatselijke Stichting Keerpunt. Als gevolg van onder meer onjuiste formuleringen (aan de kant van de gemeente) velde de rechter in een bodemprocedure echter nog niet eerder een inhoudelijk oordeel over de toeristische aantrekkingskracht van Roosendaal.