In Amerika is het aantal klachten over geweld tegen moslims sinds 11 september 2001 met 15 procent gestegen. Volgens de Raad voor Amerikaans-Islamitische Betrekkingen (CAIR) hebben de aanslagen op het World Trade Center en het Pentagon vooral geleid tot acties tegen Arabieren en moslims. „De regering voert een politiek beleid op basis van religie en etniciteit”, aldus Nihad Awad, directeur van de raad.

Hij spreekt zijn zorg ook uit over de speciale registratieverplichtingen die studenten en bezoekers uit moslimnaties moeten ondergaan, alsook de herhaaldelijke invallen in woningen en bedrijven van moslims.

Het Amerikaanse ministerie van Justitie noemt de aantijgingen van de raad onjuist. Justitiewoordvoerder Jorge Martinez spreekt van oneerlijke kritiek, gebaseerd op verkeerde informatie en propaganda. „De maatregelen na de aanslagen werden in het kader van de veiligheid van alle Amerikanen genomen en bleven dus binnen de grenzen van de grondwet.”

Volgens het onderzoeksinstituut van CAIR heeft de regering burgers echter aangespoord om moslims als slachtoffer te kiezen. In Florida zijn verschillende aanvallen uitgevoerd op islamitische instellingen. In één geval reed een vrachtwagenchauffeur zelfs in op een moskee. Overigens raakte niemand daarbij gewond.

Het jaarlijkse onderzoek van de raad laat een toename zien van 15 procent waar het gaat om geweld tegen moslims, alsook discriminatie en intimidatie op de werkvloer. Het rapport baseert zich op klachten die de raad het afgelopen jaar ontving. In 2002 waren dat er 602, tegen 525 het jaar daarvoor. Sommige klachten werden ongegrond verklaard.

Beroepsdiscriminatie, het treiteren van werknemers en andere problemen op de werkvloer zijn de meest voorkomende klachten. Klachten tegen plaatselijke en federale instellingen die de burgerlijke rechten zouden aantasten, komen met 23 procent op de tweede plaats.

In Frankrijk, zo bericht persbureau Reuters, hebben „Franse neonazi’s en extreme Joden” samengewerkt op internet, waarop zij haat tegen moslims en Arabieren predikten. Volgens de antiracismeorganisatie MRAP bestonden er in Frankrijk 26 van dergelijke websites. De samenwerking werd in maart beëindigd als gevolg van onenigheid over de oorlog in Irak.

Tussen 2001 tot 2003 hebben deze groepen ongeveer 1000 boodschappen per dag verzonden waarin werd opgeroepen tot het aanvallen van moskeeën. Ook president Chirac moest het ontgelden: die zou vermoord moeten worden. Een jaar geleden probeerde een lid van de extreem rechtse beweging NMR president Chirac op de Franse nationale feestdag, 14 juli, neer te schieten.

Volgens Mouloud Aounit van de MRAP doet de regering te weinig tegen de vele boodschappen op internet waarin tot haat tegen bepaalde groepen wordt opgeroepen. In zijn ogen is dat niet alleen het gevolg van het ontbreken van de juiste wetten. „Als er genoeg politieke wil zou zijn en er zogenoemde cyberpolitie zou worden aangesteld, zouden de auteurs van zulke boodschappen heel snel kunnen worden opgespoord en aangehouden.”