In juni bepaalde de economische politierechter in Assen dat de RAV AZG een boete van ruim 2300 euro moet betalen voor 21 overschrijdingen van de Arbeidstijdenwet. De rechter ging niet mee in het betoog dat het ambulancepersoneel deze wet moet overschrijden om te kunnen voldoen aan een andere wet: de Wet op de ambulancezorg. Die bepaalt dat een ambulance binnen een kwartier ter plaatse moet zijn.

Volgens de rechter moet de RAV AZG zich aan beide wetten houden en moet de dienst het werk maar beter organiseren. Dat zegt ook minister Hoogervorst van Volksgezondheid in antwoord op kamervragen en op een brandbrief vanuit de regio.

Voor de ambulancedienst betekent dit dat de piketdiensten, waarbij personeel thuis gebeld kan worden, plaats moeten maken voor diensten waarbij personeel op het werk paraat is. Dit is veel duurder. „Om dat binnen ons budget te kunnen doen moeten we 2 miljoen euro per jaar bezuinigen”, stelt Blei.

„Willen we dat doen op een manier die de hulpverlening zo weinig mogelijk schaadt, dan moet het aantal parate ambulances in de nachtelijke uren terug van dertien naar tien of misschien wel acht. In ons gebied kunnen we dan nog net die vijftien minuten halen. Maar als er enkele oproepen tegelijk zijn is het mogelijk dat we het niet meer halen.”

De in Assen gevestigde RAV AZG verleent ambulancezorg in de provincie Drenthe, in een deel van Friesland, een deel van Groningen en op enkele Waddeneilanden. Ook ondersteunt de dienst het mobiel medisch team van het Academisch Ziekenhuis Groningen. Er werken zo’n 300 mensen.