Op die datum moeten alle bijna 10.000 homeopathische geneesmiddelen zijn geregistreerd door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). De KVHN heeft er een hard hoofd in dat dit op tijd gebeurt. „Wij zijn wel voor registratie, maar dit is veel te snel”, zegt voorzitter L. Straijer.

De aankondiging van de registratie was er al in 1995, maar volgens haar zijn de inhoudelijke richtlijnen pas in 1999 vastgesteld. „De registratie verloopt ook moeizaam, omdat het dossier gegevens moet bevatten over de grondstoffen. Die komen uit Frankrijk en Duitsland, en daar maken ze geen haast omdat daar registratie pas in 2008 verplicht is. De eisen zijn daar ook soepeler”, aldus Straijer.

De KVHN verwacht verder dat zo’n 40 procent van de huidige homeopathica zal wegvallen, omdat fabrikanten afzien van een kleine afzetmarkt als Nederland. „Registratie per dossier kost de fabrikant tussen de 30.000 en 50.000 gulden. Dat is voor minder gebruikte middelen niet rendabel.”

Het CBG meldt dat nog niet zeker is of de registratie al dan niet lukt, maar dat de invoering al twee jaar was uitgesteld. Veel dossiers zijn na een eerste beoordeling weer terug naar de fabrikant. Er zijn 3000 homeopathische middelen aangemeld waarvoor geen recept nodig is. Daarvan zijn er nu 1768 geregistreerd. De rest is in behandeling. Van de 400 homeopathica waarvoor wel een recept nodig is, zijn er pas twee geregistreerd.

Controle
De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft laten weten vast te houden aan de datum en erop te controleren dat ongeregistreerde producten uit de schappen worden gehaald.

Volgens Straijer zal dit een grote klap betekenen voor de honderdduizenden gebruikers van deze middelen. In Nederland worden volgens de KVHN op jaarbasis 15 miljoen homeopathica verkocht, waarvan 10 procent op recept. Straijer wil nog meer handtekeningen binnenhalen om bij Borst te protesteren tegen de registratiedatum.