„Godsdienstvrijheid niet op schroothoop”
BARNEVELD – Weg met het verbod op smalende godslastering. Weg met de vrijheid van godsdienst. Weg met de vrijheid van onderwijs.
Directeur P. G. C. van Schie van de Teldersstichting, het wetenschappelijk bureau van de VVD, gooide maandag de knuppel in het hoenderhok tijdens een symposium op de Barneveldse zorgboerderij ’t Paradijs. Op de deel van de boerderij vond een symposium plaats over de jongste pennenvrucht van de Veenendaalse onderzoeker H. Post: ”Godsdienstvrijheid aan banden”.
Van Schie doet het in eerste instantie aardig goed bij de vooral christelijke bezoekers van het symposium. Hij onderschrijft het principe dat Post presenteert als uitgangspunt voor het christelijke politieke handelen, namelijk: Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.
Vervolgens betoogt hij dat de SGP het recht moet hebben vrouwen te weren van kieslijsten, dat christelijke scholen samenwonende homoleraren moeten kunnen weren en dat gemeenten ruimte moeten hebben voor gewetensbezwaarde trouwambtenaren.
Maar als Van Schie zijn liberale hart écht laat spreken, beginnen vele aanwezigen toch wat onrustig heen en weer te schuifelen. Smalende godslastering moet volgens de liberale denker uit het Wetboek van Strafrecht, omdat die een inperking is van de vrijheid van meningsuiting. Omgekeerd biedt dit recht, samen met het vrijheidsrecht op vereniging, vergadering en manifestatie, voldoende ruimte voor religies, zodat de vrijheid van godsdienst zonder problemen uit de Grondwet kan. En om te garanderen dat kinderen neutrale voorlichting krijgen over religies, moet de vrijheid van onderwijs ook wijken. „Staatsinmenging ter bevordering van de vrijheid kan soms geboden zijn”, zo stelt hij.
Van Schie krijgt tijdens de forumdiscussie de wind van voren. Oud-CU-senator en oud-hoofdredacteur van het Nederlands Dagblad J.P. de Vries stelt dat een verbod op smalende godslastering niets te maken heeft met het bevoordelen van christenen: „Met een verbod op joyriding bescherm je automobilisten; niet-autobezitters hebben daar niet aan. Zo is dat ook met een verbod op smalende godslastering: niet-gelovigen hebben daar geen voordeel van. Maar daarmee is het nog geen ongepast privilege.”
Het pleidooi van Van Schie om de vrijheid van godsdienst af te schaffen, roept verontwaardiging wakker van schrijver Post. Volgens hem maakt Nederland zich in de hele wereld tot „de risee”, het mikpunt van spot en hoon, als het godsdienstvrijheid „op de schroothoop gooit.”
Dit vrijheidsrecht kan anno 2011 niet gemist worden: „Velen kunnen zich niet meer inleven wat godsdienst voor mensen betekent.” Als voorbeeld noemt Post de artsenorganisatie KNMG, die onlangs stelde goede redenen te zien voor een wettelijk verbod op jongensbesnijdenis.
De oud-hoofdredacteur van deze krant, C. S. L. Janse, hekelt het pleidooi van VVD’er om elk kind neutrale voorlichting te geven over religies; „Neutraliteit kan niet. Achter uw voorstel zit een liberale mensbeschouwing.”
Janse krijgt bijval van A. Weggeman, SGP-raadslid in Capelle aan den IJssel en jurist bij de Raad van State. Het recht van opvoeding behoort volgens hem aan de ouders. Volgens Weggeman loopt de liberaal „klem” met het collectieve recht van vereniging en neigt hij naar „groepsdwang.”