Zaterdag publiceerde NRC Handelsblad een artikel waarin ambtenaren anoniem kritiek uiten op Rosenthal en zijn koers. De bewindsman zou arrogant zijn, het ministerie zou teveel naar binnen zijn gericht en teveel nadruk leggen op economische diplomatiek.

Rosenthal noemde het „vervelend en jammer” dat ambtenaren zich anoniem hebben uitgelaten naar de krant. Hij vindt dat niet passen in de „politiek-ambtelijke verhoudingen.”

De bewindsman heeft zijn hoogste ambtenaar opdracht gegeven om te proberen te voorkomen dat het nog eens gebeurt.

Rosenthal denkt dat sommige ambtenaren het „niet kunnen bijbenen” dat het ministerie tegelijk moet hervormen en bezuinigen. „Dat is jammer, daar moeten we aan werken.”

De bezuinigingen bij Buitenlandse Zaken tellen op tot 75 miljoen euro en gaan ten kosten van diplomatieke posten, waarvan een deel wordt gesloten. Rosenthal erkent dat hij het buitenlandse beleid meer in het belang wil laten zijn van Nederland en „alles wat met welvaart en groei te maken heeft.”

Tegelijk vindt hij dat Nederland nog steeds „internationaal z’n partij meeblaast.” Daarbij wees hij op de bijdragen die Nederland via missies levert aan veiligheid en stabiliteit in het buitenland, zoals in Libië en Afghanistan. Of via de strijd tegen piraterij.

Hoewel de onrust in de Arabische wereld de laatste dagen toeneemt, blijft Rosenthal „mild optimistisch” over de Arabische lente. Die term is niet op z’n plaats voor Syrië, aldus de minister. Hij vreest daar voor een burgeroorlog.

Over militair ingrijpen zei de minister dat dit in het geval van Libië mogelijk was op basis van een resolutie in de VN-Veiligheidsraad. Maar voor Syrië geldt dat er een „andere internationale constellatie” is.