Geschiedenis

Rijkskristalnacht ook in Amsterdam herdacht

Wat de Bartholomeusnacht, de nacht van 23 op 24 augustus 1572, was voor de hugenoten in Frankrijk, was de Rijkskristalnacht in 1938 in zo mogelijk nóg erger mate voor Joden in Hitler-Duitsland.

A. de Heer

9 November 2011 20:02Gewijzigd op 14 November 2020 17:35
Foto United States Holocaust Memorial Museum
Foto United States Holocaust Memorial Museum

Het was de huiveringwekkende nacht van 9 op 10 november –vannacht 73 jaar geleden– toen uitzinnige nazihordes op vrijwel hetzelfde moment vele honderden synagogen, scholen, Joodse winkels en woningen vernielden, plunderden en in brand staken – tot in de kleinste Duitse dorpjes toe.

De ”Reichskristallnacht” was het ‘feestje’ van Hitlers grote propagandist, Joseph Goebbels. Hij was het die de leiders van SA, SS en Hitlerjugend in het hele Duitse Rijk opdracht gaf tot de gewelddadigheden tegen de Joden en hun eigendommen.

Aanleiding tot deze „spontane uitbarsting van volkswoede” –een van de lievelingsuitdrukkingen van Goebbels– vormde zogenaamd de aanslag op de Duitse diplomaat Ernst vom Rath in Parijs door de 17-jarige Poolse Jood Herschel Grynszpan, op 7 november 1938. Er is echter alle aanleiding om aan te nemen dat de nazi’s zelf de hand hebben gehad in Vom Raths dood, twee dagen later, aldus prof. dr. Meir Schwarz, hoofd van het Beth Ashkenaz Synagogue Memorial Project, gevestigd in de Oude Stad van Jeruzalem.

Schwarz, in 1926 geboren in Neurenberg, was er getuige van hoe de synagoge in deze stad brandde als een fakkel – en politie en brandweer mochten niet ingrijpen. Zijn ”memorial project” heeft als doel de herinnering aan de in 1938 verwoeste synagogen in het toenmalige Duitse Rijk levend te houden en erover te publiceren.

Encyclopedie

Dat zijn er veel meer dan 191 – het officiële aantal volgens de autoriteiten indertijd. En zelfs nog meer dan de 1550 waarover de documentaire op de website van het ”Ashkenaz House” van prof. Schwarz rept.

„We werken op dit moment aan een encyclopedie over de Reichskristallnacht”, laat een medewerker van het Ashkenaz House, Ronen Guttman, weten. „Daarin worden alle getroffen synagogen op een rij gezet en van een korte toelichting voorzien. Voor het eerst hebben we nu ook gekeken naar voormalige Duitse gebieden, zoals Oost-Pruisen (het huidige Polen en Rusland), Silezië en Pomerania (Polen). We zijn erachter gekomen dat er in de ”Nacht van het gebroken glas” nog zo’n 200 synagoges meer in brand zijn gestoken. Inmiddels is van 1700 synagogen bekend dat ze tijdens de pogrom zijn verwoest, geplunderd of in brand gestoken.” De uitgave verschijnt naar verwachting volgend jaar, in de Verenigde Staten.

Ook andere ‘officiële’ cijfers klopten vaak bij lange na niet. Zo kwamen er in de bewuste nacht geen 69 Joden om het leven, maar werden er, aldus prof. Schwarz, „zo’n 2050 vermoord, of pleegden zelfmoord – uit pure wanhoop. Ongeveer 30.000 Joden verdwenen voor kortere of langere tijd in een concentratiekamp.”

Ervaringen

Wie zich een beetje wil inleven in de gebeurtenissen van 73 jaar terug, kan eigenlijk niet om de site van de emeritus hoogleraar heen. Eveneens een must als het hierover gaat is het vorig jaar verschenen boek ”Nooit meer terug naar dat land. Verhalen van slachtoffers over de Kristallnacht 1938” (uitg. De Bezige Bij).

In 1939 deed de universiteit van Harvard (VS) een oproep aan Joden die net uit Duitsland waren geëmigreerd om hun ervaringen tijdens de pogrom op papier te zetten. Meer dan 250 emigranten reageerden. Ruim twintig getuigenissen zijn in genoemd boek gebundeld.

Van de Joodse kinderarts Siegfried Wolff (1888) onder anderen, die in de lutherstad Eisenach een kinderziekenhuis had opgericht. Hij noteerde:

„…je hoorde almaar ruiten van huizen en etalages rinkelen. Het was zo verschrikkelijk dat ik dat geluid nooit meer zal kunnen vergeten. Tussendoor klonken bevelen en schrille fluitjes, en er raasden auto’s door de straten. „Wee wanneer ze losgelaten worden.” Het duurde de hele nacht tot aan de vroege ochtend. Ik wist eigenlijk niet wat er aan de hand was.

Op donderdag 10 november kwam de schoonmaakster van mijn moeder om acht uur ’s ochtends ons lijkbleek en volkomen overstuur vertellen dat overal in de stad de joodse winkels vernield waren; overal stonden mensen van de Hitlerjugend op wacht. Om halftien kwam de dochter van de met ons bevriende advocaat St. huilend en doodsbleek langs en vertelde dat ’s nachts de synagoge was afgebrand, dat alle woningen van de joden waren vernield en alle mannen gearresteerd en meegenomen, en hier en daar ook vrouwen en jongeren en grijsaards. Een deel van de vrouwen was teruggekeerd, en ook sommige stokoude mensen. De lieden hadden tegen haar vader gezegd dat hij zijn huis nog maar eens goed in zich moest opnemen; hij zou het nooit meer terugzien. In de woningen van de meeste mensen was zelfs geen enkel glas meer heel (aan dit ”gebroken glas” ontleent de Reichskristallnacht nog altijd zijn –eufemistische– naam, AdH); ze verbaasde zich erover dat ik nog thuis was.

Wij dachten dat het een plaatselijke actie was.”

Maar niets was minder waar, zo werd Wolff al snel duidelijk.

Onverschillig

Hoe reageerde de doorsnee-Duitser op wat er die nacht was gebeurd? „Over het algemeen onverschillig”, zegt Ronen Guttman van het Ashkenaz House. „Velen waren wel geschokt toen zij de vernielingen zagen, maar slechts een klein gedeelte van de Duitse samenleving keerde zich tegen de vervolgingen.” Siegfried Wolff uit Eisenach schreef iets vergelijkbaars:

„Het is bekend dat er ook (…) in het volk grote verbittering heerste over die onbeschaafde gewelddadigheden, in hoge en lage kringen, bij arm en rijk, dat de mensen heftig bestreden dat zij dat alles gewild hadden (…). Maar – de enige echte en effectieve consequentie om met miljoenen tegelijk de Partij te verlaten, heeft niemand ooit getrokken.”

Op 27 augustus 1939 emigreerde de Joodse kinderarts uit zijn „vaderland”, Duitsland, „dat geen vaderland en zelfs geen gastland meer was” – naar Nederland.

In oktober 1944 werd Wolff in Auschwitz vermoord.

www.ashkenazhouse.org. Op deze site is ook een documentaire te zien over de Reichskristallnacht.


Kristallnachtherdenking in Amsterdam

Ook in Amsterdam wordt vandaag aandacht besteed aan de Kristallnacht. De herdenking, georganiseerd door het Centraal Joods Overleg (CJO), begint om 17.00 uur in de Portugese synagoge aan het Mr. Visserplein. Onder anderen de Amsterdamse burgemeester Van der Laan en Ushi Rubinstein, overlevende en getuige van de Kristallnacht in Berlijn, zullen het woord voeren.

Aansluitend heeft, rond 18.15 uur, een kranslegging plaats bij de voormalige Hollandse Schouwburg – waarvandaan in de oorlog vele duizenden Nederlandse Joden zijn gedeporteerd.


Antisemitisme in Duitsland neemt toe

Zou een –in de woorden van het Centraal Joods Overleg (CJO)– „dieptepunt van antisemitisch geweld” zoals de Reichskristallnacht in 1938 nóg eens kunnen plaatsvinden? Na Auschwitz is niets meer onmogelijk, stelde prof. dr. J. B. G. (Hans) Jansen enkele jaren geleden in een gesprek met deze krant. Aanleiding vormde toen zijn studie ”Van jodenhaat naar zelfmoordterrorisme. Islamisering van het Europees antisemitisme in het Midden-Oosten” (uitg. Groen, Heerenveen).

Juist deze week wordt in Duitsland een rapport aan de bondsregering aangeboden, opgesteld door de onafhankelijke ”Expertenkreis Antisemitismus”. Daarin stelt deze door de regering in het leven geroepen ”kring van deskundigen” vast dat antisemitisme, een Jodenvijandige instelling, anno 2011 in „aanzienlijke omvang” in de Duitse samenleving is verankerd, aldus de Duitse christelijke nieuwsdienst Pro vorige week. In het rapport wordt met name ook gewezen op internet, „dat rechts-extremisten, Holocaustontkenners en extremistische moslims met grote vanzelfsprekendheid gebruiken als platform voor hun propaganda.”

In Nederland is het antisemitisme na de Tweede Wereldoorlog evenmin verdwenen, constateert het CJO in het persbericht waarin het de Kristallnachtherdenking aankondigt. Het orgaan is „bezorgd over de wijze waarop het ook in ons land de kop op steekt – bij de bejegening van herkenbare Joden op straat; op het internet; bij het omgaan met de Shoa. De polarisatie is toegenomen, terwijl het respect voor bepaalde religieuze uitingen en gebruiken verminderd is. Met vele andere Nederlanders keert de Joodse gemeenschap zich tegen deze trend.”

Dat in sommige Duitse steden Joodse gebedshuizen inmiddels bijna continu moeten worden bewaakt, is in dit licht evenwel een veeg teken.

www.bmi.bund.de

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer