Dat bleek woensdag tijdens een overleg met de verantwoordelijk bewindslieden over de politietrainingsmissie. Het kabinet noemt dat een civiele missie, maar de grenspolitie is nu nog militair georganiseerd en kan ook ingezet worden voor offensieve acties. De Tweede Kamer wil echter niet dat door Nederland opgeleide agenten daarbij betrokken worden.

Volgens het kabinet zijn er plannen om de civiele en militaire taken van de grenspolitie te scheiden. Daarom wordt bekeken of de training van de grenspolitie kan vallen binnen het mandaat van de Nederlandse missie. Daarbij moet dan vaststaan dat de toekomstige grenspolitie alleen civiele taken uitvoert.

Regeringspartij VVD heeft er „grote twijfels bij”, omdat er eerst een grote reorganisatie moet plaatsvinden voordat hiervan sprake is. Ook gedoogpartner PVV en de oppositiepartijen PvdA en SP, alle drie tegenstander van de missie, zien geen heil in het opleiden van de grenspolitie. „Laat u zich niets wijs maken”, zei PVV-Kamerlid Hero Brinkman. De grenspolitie is volgens hem een semimilitaire politie-eenheid die samen met militairen oorlog voert. Volgens PvdA-Kamerlid Frans Timmermans is de grenspolitie „de meest gehate politie in Afghanistan met heel veel bloed aan de handen.”

Ook de ChristenUnie vindt dat het trainen van de grenspolitie niet past in het eerder afgesproken mandaat. Dat geldt volgens Kamerlid Joël Voordewind ook voor het opleiden van rekruten van buiten Kunduz.

GroenLinks en D66 wachten het onderzoek af. Maar Mariko Peters van GroenLinks vroeg zich wel af waarom het kabinet dit nuttige opties vindt om te onderzoeken.