Kamer wijst verblijfsvergunning Mauro af
DEN HAAG – De Tweede Kamer heeft dinsdagmiddag twee moties om Mauro een verblijfsvergunning te geven verworpen. Met 72 stemmen voor en 78 tegen werden de motie niet aangenomen.
De ‘dissidenten’ binnen het CDA, Koppejan en Ferrier, stemden dus met de rest van de fractie mee. Ook de SGP stemde tegen de moties omdat „we de overtuiging hebben dat het niet goed is dat Kamer op de stoel van de rechter en minister gaat zitten”. Een motie om Mauro in Nederland te laten blijven in afwachting van een studievisum werd door GroenLinks en D66 niet in stemming bracht.
Voor die laatste motie is hoogstwaarschijnlijk wel steun van een Kamermeerderheid omdat regeringspartij CDA ook voor is.
Mauro heeft nu de duidelijkheid dat hij niet hoeft te rekenen op een verblijfsvergunning. Wanneer de motie over het studievisum aan de orde komt, is onduidelijk.
Mauro verliet na de stemming snel het gebouw van de Tweede Kamer. Hij wilde nog wel kwijt dat hij het besluit „heel erg jammer” vindt.
De strubbelingen binnen de CDA-fractie over Mauro zijn niet voor herhaling vatbaar. Dat zei PVV- leider Geert Wilders dinsdag in een reactie op het rumoer bij het CDA, dat de laatste dagen verdeeld was over de kwestie-Mauro.
Dinsdag besloot het CDA dat Mauro vanuit Nederland een studievisum aan mag vragen. Daarmee werd de eenheid in de fractie hersteld.
Wilders wilde niet inhoudelijk op de zaak ingaan.
Als Mauro in Nederland wil blijven met een studievisum, moet hij aan een aantal voorwaarden voldoen. Of hij aan die voorwaarden voldoet, wordt beoordeeld door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) nadat hij een zogenaamde ’verblijfsvergunning voor studie voortgezet- of beroepsonderwijs’ heeft aangevraagd. Daarvoor moet hij een bewustverklaring ondertekenen, waarmee hij onder andere verklaart dat hij na afloop van zijn studie Nederland verlaat.
Dit zijn de voorwaarden:
Hij heeft een (voorlopig) bewijs van inschrijving van een onderwijsinstelling.
Hij heeft een geldig reisdocument (bijvoorbeeld paspoort).
Hij moet een bewustverklaring ondertekenen. Daarmee verklaart hij dat hij na afronding van zijn studie Nederland verlaat.
Hij is bereid mee te werken aan een onderzoek naar tuberculose.
Hij heeft voldoende geld: hij beschikt over een bedrag dat gelijk is aan het normbedrag per maand voor studenten, inclusief les- of collegegeld. Dit bedrag moet voor minimaal twaalf maanden beschikbaar zijn op het moment van de aanvraag. Als hij minder dan een jaar gaat studeren moet het bedrag beschikbaar zijn voor de duur van zijn verblijf.
Het is een voltijd dagopleiding (geen schriftelijke of avondopleiding).
Nederland is voor de opleiding het meest aangewezen land.
Hij moet met zijn opleiding een positieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van zijn land.
Het is een opleiding in de zin van de Wet op het voortgezet onderwijs of de Wet educatie- en beroepsonderwijs.